1. 2. 3. 4. 4. a. 4. b. 5. 5. a. 5. b. 5. c. 5. d. 6. 7.

extatisch

Binnen mijn thesis onderzocht ik de relatie tussen het lichaam en grafisch ontwerp naar aanleiding van de beperkte fysieke interactie binnen toenemend digitaal ontwerpen. De interesse in dit onderwerp ontstond uit de wisselwerking tussen mijn passie voor verven met spuitverf, waar het lichaam actief betrokken wordt, en digitaal grafisch ontwerp, waar fysieke interactie beperkt blijft tot de armen en handen. Ik vroeg me af of deze fysieke interactie mijn digitaal grafisch ontwerp kon verrijken. Dit onderzoek bouwt op kennis gehaald uit arbitrair gekozen bronnen binnen de Westerse wetenschap en filosofie. Gecombineerd met beeldend materiaal uit kunst en cultuur vormde ik de basis waaraan ik mijn opvattingen toetste en waaruit ik nieuwe conclusies trok. Het lichaam neemt een actieve rol in binnen mijn ontwerp en ik was zelf overtuigd van de voordelen. Het gevoerde onderzoek bevestigt een positief verband maar ontkent daarnaast de waarde van de bestaande digitale tools niet.




1. Wonderdoos
2. Bultenaar
3. Exdualisme
4. Creativiteit
4. A. Inspiratie
4. b. Exploratie
5. Authenticiteit
5. a. Emotionele vertolking
5. b. Expressief ontwerp
5. c. emotionele overdracht
5. d. eigen perceptie
6. Stapsgewijs
7. Wonderkasteel



1. Wonderdoos


L.N. "Hoi, Wannes was de naam? Dus, vertel het eens, jij wilt starten in de Studio grafisch ontwerp?"
W.V. "Inderdaad!"
L.N. "Tof, van waar de interesse?"
w.v. "Wel, ik teken en verf graag, ik spuit graffiti, ik hou van knutselen, bouwen, knippen en plakken…"
L.N. "Heel goed, je bent er duidelijk mee bezig. En werk je ook op de computer?"
w.v. "Soms."
L.N. "Zou je niet liever kiezen voor de Studio illustratie?"
w.v. "… Nee hoor!(?)"

En zo ving ik, samen met 25 anderen, mijn studie grafisch ontwerp aan. Mijn spuitbussen werden aan de kant geschoven, het tekengerief ging in de kast, mijn lijm en scharen gingen naar mijn jongere zus. Wat kwam in de plaats? Een prachtige nieuwe Macbook Pro, Adobe Creative Suite en een notitieboekje. Ik was klaar grafisch ontwerper te worden. Je weet wel, de in het zwart gehulde creatieveling met zijn Apple-wonderdoos. Vooruitstrevend met zijn kunst maar daarnaast kans makend op een vaste baan, zekerheid… Het beste van het kunstenaarsleven en het burgerlijk leven gecombineerd in één. Ja, veelbelovend, dat wel.
De studie ging zijn gangetje en mijn eerste jaar slaagde ik met onderscheiding, het tweede jaar het zelfde verhaal, derde jaar een uitwisseling en keuze voor een nieuwe school maar evenzeer, goede resultaten, blije ouders, trotse ik. Echter, onder de oppervlakte, begon er wat te borrelen Eerst zacht, bijna onmerkbaar maar later heviger waardoor het moeilijk werd het te negeren.

Wat was dit geborrel? Een gemis, een gemis naar wat ik had opgeborgen in ruil voor mijn wonderdoos. In deze wonderdoos zaten nochtans evenzeer potloden, spuitbussen, scharen… Ik had voor elke tool een digitale variant en daarboven voor elke variant nog eens 1001 variaties. Gedurende de volgende maanden ging ik op zoek naar een antwoord. “Ik mis de materialiteit, ik mis persoonlijkheid, ik mis inspraak in mijn tools, ik mis mijn vuile broek, ik mis mijn besmeurde tafel…” Een greep uit de berg antwoorden die me hielpen het geborrel te verklaren. Maar toch, ik merkte dat deze antwoorden mijn vraag slechts gedeeltelijk beantwoordden. Er was iets wat ontbrak. Ik zocht mijn antwoorden in het logische redeneren, op het internet en in boeken. Op aanraden van Merel, de vrouw die me geweldig geholpen heeft doorheen dit proces (meer lofzang in het dankwoord), besloot ik het denken in te ruilen voor het doen. Zo gezegd zo gedaan. De volgende dag stond mijn set-up klaar: een selectie spuitbussen, een canvas van 2m50 bij 2m50 en een camera die alles opnam (Afb. 1 & 2). En ja hoor, toen ik de beelden analyseerde kwam het antwoord bovendrijven.
Vroeg je me tot voor kort waarom ik het werken met spuitverf zo geweldig vindt, dan was mijn antwoord dat ik hield van de schaal en de snelheid. Op korte tijd creëer je iets zo imposants dat je enkele stappen terug moet zetten om je werk te kunnen overzien. Tijdens het bekijken van de video merkte ik – hoe voor de hand liggend dit ook mag lijken – hoezeer dit samenging met een fysieke betrokkenheid. Bukken, strekken, zwieren, rekken… het zou zo een nieuwe hit van Herman van Veen kunnen zijn (*). Dit deed me afvragen, werk ik op groot formaat met fysieke interactie als resultaat van de gekozen schaal of, is de schaal net het resultaat van mijn zoektocht naar fysieke vrijheid? De laatste vraag bleek het correcte antwoord te zijn op het geborrel. Het antwoord op waarom ik me nooit voor de volle 100% thuis voel achter mijn wonderdoos. De drive in mijn zoektocht naar een wonderkasteel.



2. Bultenaar


Tenazas as cited in Levit, 2017 "That motor skill, you know to move your hand […] to do sweeping movements, lifting acetate, cutting […] Look at my desk, my work area… how many inches is this? Whereas when I was doing these mechanicals, I had to have to whole table clear. So I could like move up and down, stand up, stand on something, you know, look."
Grafisch ontwerp in haar digitale aftakking is, ondanks de tegenwoordige vanzelfsprekendheid, nog een kind. Beschouwen we de uitgave van de Macintosh 128k (Afb. 3), met het primitieve, toch (r)evolutionaire Macpaint als geboorte, dan bliezen we afgelopen januari (2019) 35 kaarsjes uit Magid, 2009. Door onder andere het gemak en de laagdrempeligheid (op eventueel budget na) zou het niet lang duren voor de computer als prominente tool geadopteerd zou worden door de laat-20ste- en 21ste-eeuwse ontwerper.

Vergeleken met de eerste computers, de 128K-abouter buiten beschouwing gelaten, worden computers en laptops kleiner en lichter. Is dat een keer niet het geval, dan komt dit vaak door een vooruitgang van performance die niet te combineren viel met een heet wasprogramma. Voor zij die aansturen op de gestage groei van beeldmonitoren: correct, hoe groter hoe beter, maar ook hier geldt: liefst zo compact en licht als mogelijk. Ik wil geen extra fundering leggen om toch maar die 85-inch monitor met beeldbuis en beukenhouten bekisting te kunnen plaatsen. 11- tot 13-inch laptops zijn vandaag geen uitzondering en passen door hun kleine formaat in vrijwel elke rugzak of tas. Verder moeten ze qua performance niet veel onderdoen voor hun grotere broers en zussen. Bovendien is het gebruik van Photoshop en andere creatieve programma's niet langer uitgesloten op onze smartphone of tablet. Denk bijvoorbeeld aan David Hockney (Afb. 4): vroeger bekend voor zijn grote landschapsschilderijen, bestaat nu een deel van zijn oeuvre uit print-outs van werken gemaakt op zijn tablet Hockney, 2019.

Wat hiermee verloren gaat? Het lichaam. Het lichaam wordt teruggedreven tot de rede en de werking van de bovenste ledematen. Denken we aan Stephen Hawkin (**), dan zouden we kunnen stellen dat zelfs het gebruik hiervan op termijn overbodig kan worden (en ik heb het hier niet over de rede). Het beeld van de grafisch ontwerper als kluizenaar van zijn computer vormt zo naast een cliché ook een realiteit (Afb. 5). Een realiteit gesteund door het onderwijs, door sleutelspelers als Apple en Adobe en door de ontwerpers zelf. Ik wil met deze thesis de computer niet bannen, laat dat duidelijk zijn. Sterker nog, ik ben een grote fan van de digitale mogelijkheden. Maar… ik wil je laten zien dat de computer niet de ultieme tool is. We moeten de rijkdom ervan omarmen zonder de rijkdom van het lichaam de deur te wijzen. Want, zoals Patrick Vlieger, 2018 het stelt, we kunnen de snelste of kortste weg pas bewandelen zodra we alle wegen kennen. Waar ik zelf aan toevoeg dat de snelste weg niet per se de interessantste is.



3. Exdualisme


Aan het einde van dit hoofdstuk zal 40% van de lezers afhaken. Jammer? Ja, dat vind ik oprecht jammer, maar, als dat wil zeggen dat ik zo met de overige 60% verder kan tot aan de eindmeet, zo geschiede het.

Ik heb al laten horen dat ik binnen mijn medium van voorkeur, spuitverf, mijn lichaam intensief inzet. Daarnaast heb ik vermeld dat de vermindering in interactie tussen het lichaam en de ontwerppraktijk, gesteund door de intrede van digitale tools, een groeiende tendens is. Maar waarom is het belangrijk hier verder op in te gaan? Heeft deze tendens gevolgen? Kan ik mijn eigen voorbeeld beschouwen als meer dan een anekdote? In mijn zoektocht naar een antwoord baseer ik me op een, wat de westerse wetenschap en filosofie betreft, relatief nieuwe aanname: de symbiotische relatie tussen lichaam en geest.

De relatie tussen lichaam en geest is doorheen de geschiedenis veelvuldig besproken en bediscussieerd. Mogen we de geest (de ziel, het bewustzijn…) en het stoffelijk lichaam beschouwen als een enkele entiteit? Lang was de dominante aanname negatief. Volgens Plato Plato, 2010 behoorden beide ‘substanties’, zoals hij de geest en het lichaam noemde, tot een andere wereld. De ziel langs de ene kant, deel uitmakend van een immateriële ideeënwereld. Een wereld van onveranderlijke waarheden die de essentie omvat van al datgene wat ‘is’. Het lichaam langs de andere kant, onderdeel van een vergankelijke materiële wereld, bedrieglijk en slechts een schaduw van de waarheid. Onze ziel is vanaf de geboorte opgesloten in het lichaam maar heeft een terugkeer naar de ideeënwereld als uiteindelijke doel. Geven we ons over aan materiële geneugten, dan zal de ziel nooit bevrijd worden en eeuwig op zoek blijven naar dit vals genot. Een gelijkaardige visie treffen we aan binnen het Katholieke geloof. Willen we na onze dood verlost worden, een eeuwig bestaan leiden in de hemel, dan moeten we leven naar de katholieke voorschriften. Doen we dit niet, dan zullen we geen verlossing vinden en zal de ziel in de hel geteisterd worden.
Bestaat er geen immateriële extracorporale wereld dan betekend dat een ontkenning van een immateriële god. De dualiteit tussen geest en lichaam is op deze manier, mede door de dominante rol van het Katholieke geloof in de Westerse wereld, lang de standaard gebleven. In 1637 vormde Descartes de basis voor een meer rationele uitbouw van de dualistische wereldkijk. “Je pense, donc je suis” Descartes, 2011, vrij vertaald “Ik denk, dus ik ben”, is waarschijnlijk de best gekende stelling van Descartes. Volgens hem waren onze zintuigen te bedrieglijk om de wereld op een rationele manier te beoordelen. De wereld zoals we ze zien, voelen, horen… kan ons geen houvast bieden, ze is mogelijks een droom of waanbeeld. Volgens Descartes kunnen we zo alles in twijfel trekken… op het feit dat we twijfelen na. Vandaar de ‘spreuk’: “Ik denk, dus ik ben”. Deze denkwijze trekt zoals in de vorige voorbeelden de lijn tussen de ondergeschikte materiële en superieure immateriële wereld. Descartes was duidelijk, maar was hij ook consequent? Wel, dat kunnen we in twijfel trekken. Zo konden volgens hem de ziel en het lichaam invloed op elkaar uitoefenen. Deze invloed of “intersubstantiële” communicatie zou tot stand komen in de pijnappelklier die deel uitmaakt van de materiële wereld. De vraag hierbij is hoe deze als portaal kan dienen voor zowel de extracorporale ziel, als voor het materiële lichaam Lockhorst, 2018.

Het boek van Damasio, ‘De vergissing van Descartes’ 2012 betekende zoals de titel prijsgeeft een breuk met Descartes’ denkwijze. Dit boek zal verder in mijn onderzoek nog vaker aangehaald worden. In het boek vertelt Damasio over het geval Phineas Gage (Afb. 6). Gage was midden 19de eeuw een gedreven werkkracht aan de spoorwegen te Vermont, Amerika. Op een dag tijdens zijn werk knalt een staaf via de linkerzijde van zijn kaak, door de schedelbasis en het voorste deel van de hersenen, dwars door het schedeldak naar buiten. Op het verlies van zijn linkeroog na geneest Gage als bij wonder aan zijn verwondingen. Toch is hij na het ongeluk niet meer de oude. De eerst verantwoordelijke en geduldige vriend en collega is veranderd in een heethoofd. Hij slaat obscene taal uit en begint om het minste te vloeken en te schelden. Plannen die hij bedenkt geeft hij snel op. Zijn arts Harlow schrijft dat bij Gage het ‘evenwicht tussen zijn intellectuele vermogens en dierlijke neigingen’ is verstoord. Als hij zijn werkzaamheden bij de spoorwegen hervat, wordt hij meteen ontslagen. Later zou neurologisch onderzoek uitwijzen dat het letsel dat Gage opliep zich bevond in het gedeelte van de hersenen waar de emoties tot stand komen Dixon et al., 2017. Dit verklaart mede het asociale gedrag van Gage na zijn ongeval.
Dit voorval betekende het begin van het einde van het dualisme. De ziel leek dan toch niet los te staan van het lichaam. Gage’s ziel of karakter keerde 180 graden na de opgelopen schade aan zijn materiële lichaam. Met de groeiende kennis van het menselijk brein en lichaam lijkt het steeds moeilijker om het dualisme overeind te houden. “Immers, alles wijst erop dat de geest niet uitgaat van een onstoffelijke en extracorporale substantie.” zo Lambert 2009. Toch houdt het dualisme, eveneens volgens Lambert, koppig het hoofd boven water. Deze instandhouding mogen we niet enkel wijten aan het geloof, noch aan een onwetendheid, zo concluderen we uit het onderzoek van Demertzi et al. 2009. Met 40% aan pro-dualistische antwoorden over verschillende beroepen, leeftijden en geloofsovertuigingen, leek de aanhang in 2008 nog steeds groot.

In het verdere verloop van de thesis ga ik uit van een onlosmakelijke relatie tussen lichaam en geest. De in dit werk aangehaalde onderzoeken en voorbeelden steunen regelmatig op deze aanname. Vandaar mijn aanname aan het begin van dit hoofdstuk. Mag ik vertrouwen op de resultaten van Demertzi et al. 2009 dan zal deze aanname me het geloof van vier op de tien lezers kosten. Ben jij een van die vier en doet dit je besluiten om af te haken: het ga je goed, dag en bedankt. Aan de andere zes of aan zij uit de groep van vier die alsnog interesse tonen: “Welkom, koffietje?”



4. Creativiteit

4. b. Inspiratie

Een digitaal grafisch ontwerper is verwend. Waar vroeger de mogelijkheden zo ver reken als de inhoud van zijn etui, kan hij vandaag, mits de juiste programma’s, alle kanten uit. Wie binnen de ontwerpwereld het menselijk figuur en de beweging ervan moeilijk te buiten kan gaan, is de architect. Laat de architect me een huis bouwen waar ik moet bukken om door de voordeur te passeren, dan mag de makelaar mijn spaarvarken breken en de voorgevel van de architect verbouwen. Dat laatste was een lol, alsnog, ik zou niet tevreden zijn. De architect moet rekening houden met onze lengte en breedte maar evenzeer met hoe we bewegen. Ga ik naar het toilet, dan moet ik zowel kunnen staan als draaien als zitten In het ontwerp van de architect is dit dus een factor waar rekening mee gehouden word. Bestaat er twijfel, dan zijn er slechts twee opties: testen of negeren …
Het menselijk figuur bepaalt een belangrijk deel in het ontwerp van de architect maar laten we daarnaast ook de modeontwerper niet vergeten. Dit is niet hetzelfde als het werk van een grafisch ontwerper, uiteraard. Maar toch, hetgeen ik wil zeggen is dat het menselijk figuur en de beweging ervan een tool kan vormen die helpt in het vormgeven. Een tool die een grafisch ontwerper evenzeer inzetten kan en die in tegenstelling tot bij de architect of modeontwerper, niet zal leiden tot inperking van de ontwerp-vrijheid.

Shuman as cited in Rutten et al., 2010 “the more we can see in what we produce, the more we produce to see”
In de antropometrie serie van de Franse beeldende kunstenaar Yves Klein wordt dit voorbeeld visueel. Vrouwen beschilderden hun lichaam met de Yves Klein’s typerende blauwe verf (YKB – Yves Klein Blue) om zichzelf daarna over het witte canvas te bewegen en zo een afdruk achter te laten (Afb. 7 & 8). Of het resultaat nu mooi was of niet, daar ga ik me niet over uitspreken. Wat ik wel kan zeggen is dat het resultaat vernieuwend was. Ook al ging het in dit geval eerder om de performance en niet om de print Stigter, 2017, de afdrukken die deze performance opleverden, waren als beeld niet bedacht zonder de aanwezige rol van het lichaam. Het lichaam creëert hier een unieke vormentaal die de rede niet op zich zelf had kunnen bedenken.

Nam et al., 2018 “Convential design elements include things as form, material and color. These usually have visual and static properties. With the development of digital technology, however, the properties of products are changing to be more and more intelligent and interactive.”
Het is een understatement te zeggen dat het werkveld van grafisch ontwerp veranderd en uitgebreid is sinds de intrede van de computer. De computer geeft ons, naast zoveel meer, mogelijkheden ons ontwerp te voorzien van beweging en interactiviteit. Denk hierbij aan het ontwerp van apps en websites. De antropometrie serie is ondertussen bijna een halve eeuw oud. Toch, de validiteit van het argument vervalt niet. Petersen 2002 bijvoorbeeld, stelt dat inspiratie uit lichamelijke beweging in films toegepast kan worden op een grafische interface. Verder stellen Uekita et al. 2000 dat we door het kijken naar menselijke beweging, emotie in kinetische typografie kunnen sturen wat leid tot een meer correcte emotionele interpretatie van de toeschouwer. Ook Vaughan haalde in 1997 het belang van kennis over menselijke beweging aan as cited in Nam et al., 2018. De lichaamsbewegingen en poses van acteurs, konden volgens hem specifieke emoties oproepen bij het publiek. Hij stelde dat het bestuderen en begrijpen van beweging in toneel, ons kon helpen in het toevoegen van beweging in onze grafische interface. Binnen digitaal ontwerp kunnen we dus evenzeer stellen dat het analoge menselijke lichaam kan helpen in een zoektocht naar een rijkere ontwerptaal.


4. b. Exploratie

Bartenieff & lewis, 1980 “It is obvious enough to say that legs, arms and head are "linked" to the torso, the foot to the lower leg, the arm at the shoulder joint, etc., but their connectedness is more than muscles traveling over the joints to hook up two bones. It is the activated chains, configurations of connections that control the movement process.”
206 botten, verbonden door middel van pezen, spieren en gewrichten. Het lichaam kan volgens vorige voorbeelden (mogelijks) gebruikt worden om het creatief denken te starten of te ondersteunen en kan een bron van inspiratie zijn die ons kan nieuwe en originele inzichten kan geven, en… wat nog meer?
Botten, pezen, spieren en gewrichten vormen samen de mechanische constructie van het menselijk lichaam. Twee botten ten opzichte van elkaar kunnen een grote hoeveelheid bewegingen maken. Meer botten en verbindingen maken de hoeveelheid mogelijke bewegingen groter en bijgevolg complexer. Deze stelling wordt mooi geïllustreerd in Pendelum line extrude (Afb. 9) en Pendelum line extrude (Afb. 10), twee werken van digitaal kunstenaar Zach Lieberman. Twee lijnen, aan elkaar verbonden met roteerbare as, kunnen we zien als een digitale voorstelling van de bovenarm ten opzichte van de onderarm. Het visuele resultaat in Pendelum line extrude is het spoor dat gevormd wordt door het uiteinde van de arm. De beweging is gerandomiseerd waardoor het resultaat divers en telkens schijnbaar uniek blijkt te zijn. In Pendulum form stack zijn twaalf zulke armen ook onderling verbonden. Het visuele resultaat is in dit geval het spoor gevormd door de verbinding te maken tussen de uiteindes van de verzameling armen. Het resultaat, wat misschien logisch klinkt, is een variatie aan nog complexere vormen dan in het vorige voorbeeld. Hoe meer verbindingen en assen betrokken worden, hoe complexer het resultaat. Hetzelfde kan gezegd worden over het menselijk lichaam. Beperken we ons tot een deel van ons lichaam – in het geval van de computer, de bovenste ledenmaten – dan zal het resultaat maar zo complex zijn als de mogelijke combinaties die deze verbindingen vormen. Maken we gebruik van ons gehele lichaam met alle bijhorende verbindingen, dan geeft dat niet enkel meer maar ook complexere uitkomsten. Reken daarbij dat iedereen een unieke lichaamsbouw en manier van bewegen heeft, wat maakt dat we als enige over exact dit model van deze tool beschikken.

The Constitute, 2012 “Users can apply existing motor skills […] they are not bound to modeling functions and interaction devices of desktop-based tools.”
Naast complex en divers, is het lichaam betrouw- en berekenbaar. De anatomische kennis die uitgaat van deze berekenbaarheid is sinds lang een vast gevestigde waarde in het curriculum van een klassieke kunstopleiding. Zelf heb ik gedurende vier jaar genoten van een wekelijkse les tekenen naar levend model. Volgens Patrick de Vlieger 2018, mijn toenmalige docent, is dit slechts een flauw afkooksel van wat het ooit was. Tijdens zijn opleiding in Sint-Lucas te Gent (1976-1983) was er zelfs een speciaal attest voor mensen met uitmuntende kennis van de menselijke anatomie. De verhouding tussen de mechanische componenten in ons lichaam zijn allen bij benadering overeenkomstig. Denk aan de Vitruvius Man, het ideaalbeeld van de mens door Leonardo Da Vinci. ‘Ideaalbeeld’, dat betekend inderdaad dat dit geen natuurgetrouwe voorstelling is. Toch kunnen we stellen dat we allen een variatie zijn op deze achterliggende wiskundige waarheid en deze kennis zo dus kunnen gebruiken (Afb. 11). Een voorbeeld van iemand die op unieke wijze met deze kennis omspringt is Tony Orrico. Orrico is een Amerikaanse kunstenaar die zijn lichaam gebruikt als alternatief meetinstrument. Dit doet hij om tot geometrische tekeningen en patronen te komen (Afb. 12). Geen lat, geen rekenmachine, geen projecties. Hij vertrouwd louter en alleen op de reeds aanwezige wiskunde in zijn lichaam. De perfectie die hij hierdoor bekomt is bewonderenswaardig. Bijna perfecte grote cirkels die aansluiten op kleinere cirkels die dan samen op hun beurt weer een nieuwe cirkel vormen. De menselijke anatomie word in Orrico’s werk de belangrijkste tool. Het lichaam ondersteunt en bepaalt zo mee de eigenheid van zijn werk Poptech, 2011.

Dit hoofdstuk zou ik graag besluiten met de volgende metafoor. Vanaf onze geboorte bezitten we een bibliotheek aan mogelijke bewegingen, deze kunnen we inzetten om te rennen in het park, om een sjaal te breien, om een schilderij te maken, om te ontwerpen… De bibliotheek is gigantisch, wat ook nodig is voor een collectie van dit formaat. Elke verbinding heeft een eigen stapel aan mogelijkheden. De combinatie van twee verbindingen heeft al een kast nodig en de combinatie van drie verbindingen krijgt een eigen afdeling… Wanneer we ons op de computer beperken tot onze onderarmen en handen, komen we niet verder als de inkomhal van de bibliotheek, we raken als het ware zelfs niet tot de vestiaire om onze jas weg te hangen. Daarenboven moeten we voor de conventionele software nieuwe bewegingen aanleren en gekende bewegingen afleren. Een vierkant of cirkel tekenen is iets waar we, of laat me voor mezelf spreken, iets waar ik lang op geoefend heb, maak ik nu door een diagonale te tekenen op het trackpad terwijl de vinger van mijn andere hand op shift duwt. Een lijn zijn twee punten, een driehoek drie, twee driehoeken drie en een toetsencombinatie om te dupliceren… Dit heeft natuurlijk ook veel voordelen maar om even terug te komen op de bibliotheek. Slechts door ons hele lichaam te gebruiken, verschaffen we onszelf toegang tot de gehele bibliotheek. Een bibliotheek vol opties met een gratis, onvoorwaardelijk en levenslang lidmaatschap.



5. Authenticiteit.


Pascal, 2002 “The heart has its reasons, which reason does not know.”
Één plus twee is drie, comic sans is geen optie, twee plus twee is vier, de tutorial opteert voor Avenir. Hoe ontwerp ik een mooie website? Hoe ontwerp ik een gepast logo? Hoe kies ik het juiste lettertype? Als we mogen vertrouwen op Youtube-tutorials, Wix-advertenties of het alwetende Wikihow… zijn dit, door de eenduidigheid van de antwoorden, vragen die ons niet langer mogen bezighouden. Waar staan we als ontwerper als alle antwoorden eenduidig zijn? Trappen we in de val om zelf louter te vertrouwen op datgene wat gerationaliseerd is, dan is de vraag snel opgelost: nergens, de klant kan het zelf even goed.

Moholy, 1947 “After the execution of a design, we may rationalize many of these imponderables, since some of them may be traced back to facts which are the subject of concious argument. the real difficulty arises before the design is made, before the execution takes place”
Al lijkt de grens te vervagen, grafisch ontwerp is een toegepaste kunst en geen toegepaste wetenschap. Tot op de dag dat artificiële intelligentie ons bureau opeist, is een ontwerppraktijk louter steunend op rationaliteit geen optie. Een succesvol ontwerp betreft de ontwerper, zijn klanten, het publiek en ieders vaak subjectieve beoordeling. Deze subjectiviteit vormt een weinig stabiele ondergrond waarop het moeilijk bouwen is. Niettemin doen we ons best dit toch onder woorden en regels te brengen (Afb. 13). Gebruik rood voor liefde, groen voor rust, gebruik zachte vormen voor blijdschap en scherpe vormen voor woede… Vaak pseudowetenschappelijk onderbouwde stellingen sluipen langs alle kanten in onze besluitvorming. We doen ons best het publiek emotioneel te betrekken en door middel van objectief gewaande kennis hun subjectieve beoordeling te sturen. Waar minder aandacht aan besteed wordt, is de emotie van de ontwerper zelf. Maak ik dit vanuit woede, blijdschap, angst…? In ‘De vergissing van Descartes’ 2012 benadrukt Damasio nochtans het belang hiervan. Een rationele beslissing steunt niet enkel op een op feitelijkheden gebaseerde beredenering, maar evenzeer op onze onderbewuste (in deze context ook wel gut-feeling) en bewuste emoties. Een inperking hierop kan ons in verschillende situaties besluiteloos laten. Daarenboven, onze eigen emotie is ten slotte de enige emotie die we ongefilterd kunnen ervaren. Daarom zal ik in dit hoofdstuk wijzen naar het belang van authenticiteit in de ontwerppraktijk. Authenticiteit die ten goede komt van de ontwerper, de klant en het publiek. Authenticiteit als de som van onze objectieve kennis met een stevige lik aan emotionele subjectiviteit.

Pollock as cited in Karmel, 1967 “the modern artist is living in a mechanical age and we have a mechanical means of representing objects in nature such as the camera and photograph. The modern artist, it seems to me, is working and expressing an inner world – in other words – expressing the energy, the motion, and other inner forces. […] the modern artist is working with space and time, and expressing his feelings rather than illustrating”

5. a. Emotionele vertolking

Emotie is afgeleid van het Latijnse woord emovere Burton, 2016 wat vrij vertaald kan worden als ‘naar buiten brengen’ of ‘uitdrijven’. Dit suggereert een relatie tussen emotie als innerlijke ervaring en als uiterlijke reactie. Houd ik mijn etymologische bril wat langer op, dan vind ik eenvoudig enkele gelijkaardige voorbeelden. Hier komt de titel van dit werk dan ook bij kijken. Extatisch als ‘uitbundig’ of ‘in vervoering’ is afgeleid van het Griekse ekstatikós wat kan worden opgesplitst in ek en statikós. ‘Ek’ is een andere vorm van het voorvoegsel ‘ex’ wat betekend ‘uit’ of ‘niet’. Statikós kan vrij vertaald worden als statisch Dictionary.com, 2019. Brengen we dit samen dan kunnen we insinueren dat extatisch afgeleid is van ‘niet statisch’ of ‘uit het statische’ en dus… in beweging (?). Ook zonder een Grieks woordenboek komen we aardig ver: terneergeslagen, gespannen, ontspannen, spinnijdig; allemaal woorden die een verband suggereren tussen emotie en haar fysieke vertolking. Al leek het – door de etymologische bril – voor mij een ware ontdekking, het verband wordt al langer aangehaald, onderzocht en aangetoond. In 1872 weidde Charles Darwin een boek aan de expressie van emoties. 34 beelden voorzien van de nodige uitleg, gaan dieper in op het onderwerp. Het merendeel van de beelden focust zich op het gelaat maar slechts enkele beelden nemen het gehele lichaam in acht Darwin, 1872. Waar het gezicht tamelijk universeel en duidelijk lijkt in de vertolking, schijnt de expressie van het lichaam moeilijker te definiëren. In meer recent onderzoek wordt ook aan de gehele lichaamsbeweging de verdiende aandacht geschonken waardoor ook dit verband langzaamaan duidelijker wordt.

Moholy, 1947 “The conscious is more closely bound to the verbal and thus linked to the word-structure of traditional reasoning. Conscious insight tends to be hampered by the verbal limitiation, tends to be too conformist to the syllogistic world of cause and effect.”
Woede, verdriet, angst en blijdschap zijn onze vier universele basisemoties Jack et al., 2014. Om verwarring en onduidelijkheid te voorkomen, leg ik mijn focus op dit kwartet. Uitgaand van het feit dat andere emoties afgeleiden of combinaties hiervan zijn Jack et al., 2014, kunnen we het volgende concluderen. Geldt de besluitvorming voor de vier basisemoties, dan kan het besluit doorgetrokken worden naar al de overige emoties. Door de samenvattende aard zijn het onderzoek van Morita et al. 2013 en het onderzoek van Shafir et al. 2016 mijn voornaamste bronnen in het bestuderen van deze relatie. Met behulp van de Laban Bewegingsanalyse werd onderzoek gevoerd dat zocht naar een correlatie tussen de basisemoties en een reeks gehele lichaamsbewegingen. De Laban Bewegingsanalyse is een analyse die zich focust op het categoriseren van beweging aan de hand van: lichaam (welke lichaamsdelen bewegen), ruimte (de richtingen van de lichaamsbeweging in relatie tot de ruimte), inspanning (is de beweging licht en soepel of stroef en zwaar, wat is de spierspanning…) en vorm (hoe zet het lichaam zich: ineengedoken of gespreid, oprukkend of terugtrekkend, reizend of krimpend) De volgende vier omschrijvingen zijn een vertaling en interpretatie van de resultaten zoals beschreven in dit onderzoek.

Auerbach, 2014 “Pathos is too powerful to be conveyed by the necessarily very subtle movements of “the muscles round the eyes” and “the corners of the mouth”; it grabs the whole body – it takes control of the body. One is “overpowered” by it; “paralyzed” by fear, “inflamed” by anger, “flooded”, “crushed”, “taken over”: all passives.”
I. Blijdschap
Blijdschap word gekenmerkt door een reeks mogelijkheden aan bewegingen. Om te beginnen zijn springen en het maken van ritmische bewegingen een mogelijke indicator van blijdschap. Dansen wordt over verschillende culturen heen vaak als uiting van blijdschap geïnterpreteerd. Volksdans en uitgaan naar clubs zijn voorbeelden hiervan. Andere kenmerken van blijdschap zijn hoge snelheid en lichtheid van beweging en free flow of vrije vloeiende bewegingen. Een lichte beweging kenmerkt zich door een minimale krachtinspanning, een krachtinspanning waarbij de spieren werken maar zich niet meer opspannen als nodig. Een vloeiende beweging kenmerkt zich door de vlotte opeenvolging van bewegingen, het overvloeien van pose naar pose. Verder kenmerkt blijdschap zich door het vergroten van het lichaam. We stellen ons horizontaal (spreiding) en verticaal (groter maken) open en maken grote, naar boven gerichte bewegingen. Dit groot maken geeft een gevoel van dominantie, macht en zelfzekerheid wat stress en angst terugdringt, sterker nog, het bekrachtigt het gevoel van extase nog meer Flack et al., 1999.

II. Angst
Zijn we angstig, dan maken we ons klein en keren we in onszelf. Een verklaring hiervoor kan zijn dat het verdedigingsmechanisme in werking treed. Keren we in onszelf, dan beschermen we onze vitale organen gelegen in de onderbuik. Daarnaast proberen we op die manier ons zo weinig mogelijk als dominante op te stellen, zo gaan we de confrontatie met een grotere en sterkere tegenpartij uit de weg. Verder worden de bewegingen gekenmerkt door kleinheid, bound flow of begrensde en abrupte bewegingen en door een grote spierspanning. Die spierspanning heeft, bekeken vanuit het dierenrijk, twee functies: vluchten en ‘bevriezen’ (om onszelf op die manier ‘onzichtbaar’ te maken). Nog een kenmerk zijn naar achter gerichte bewegingen, deze komen hoogstwaarschijnlijk voort uit de vluchtreflex. Denk hier aan het woord terugtrekken wat zowel gebruikt wordt voor een naar achter gerichte beweging als voor het opgeven of vluchten in een conflict.

III. Woede
Woede kenmerkt zich door een grote spierspanning. Deze spanning komt net zoals bij angst voort uit onze fight-or-flight response of in het Nederlands, onze vecht-of-vluchtreactie. De spierspanning maakt ons klaar om met snelheid te reageren op dreiging. Woede kenmerkt zich door zowel bound als free flow. Spanning wisselt zich af met ontspanning in snelle en abrupte bewegingen. Deze bewegingen richten zich naar voor als bij wijze van aanval en nemen net zoals bij extase veel ruimte in. Naast de bewegingen keert ook de houding zich naar voor. Binnen het dierenrijk verklaren we dit als een poging om de tegenstander te overschaduwen. Zo proberen we de eigen dominantie op te dwingen en hem in een onderdanige naar achter gebogen positie te plaatsen.

IV. Verdriet
Verdriet kenmerkt zich door zware bewegingen. De schouders en het hoofd gaan hangen en bewegingen zijn traag en passief. De gevoelsmatige zwaarheid maakt dat de bewegingen zich naar onder richten en slechts een beperkte ruimte innemen. Deze houding geeft onderdanigheid en onzekerheid weer wat net zoals bij extase het gevoel verder versterkt. Een ander kenmerk is het naar het gezicht brengen van de handen. Er wordt geïnsinueerd dat deze zo dienst kunnen doen als steun voor het zware hoofd. Verder kan het zijn om zichzelf te knuffelen of om het gelaat aan te raken. Beiden zijn natuurlijke reacties die het brengen van troost en comfort als doel hebben.

Elk van de vier basisemoties wordt gekenmerkt door verschillende manieren van bewegen. Voordat we hierop verder bouwen is het belangrijk te stellen dat dit een zeer beknopte samenvatting is. Zoals Morita et al. 2013 zegt, bestaat er geen een-op-een relatie tussen emotie en lichaamsbeweging. Sommige bewegingen kunnen gekoppeld worden aan meerdere emoties en vice versa. Bewegingen moeten bekeken worden in hun context en in relatie tot elkaar als we een accurate aflezing willen maken van de achterliggende emotie. Toch biedt de omschrijving een houvast en creëert het een opzet die we kunnen gebruiken in het vervolg van dit onderzoek.

Tenazas as cited in [Design Indaba], 2018 “Because graphic design deals with comunicating, the best way is to first understand yourself.”
De houding van een grafisch ontwerper achter zijn digitale tools is interessant om hier onder de loep te nemen. Aangezien het moeilijk is om een bepaalde houding als standaard te nemen, beperk ik me in deze analyse tot mijn eigen werkhouding. Komt deze omschrijving niet overeen met jouw manier van werken, zie het dan als een voorbeeld en weet dat ik niet tracht te zeggen dat dit voorbeeld geldt als algemene regel.
Peper & Lin, 2012 "Thus the mind-body relationship is a two way street: mind to body and body to mind."
Voor mijn digitaal werk, gebruik ik een 13-inch Macbook. Ik heb geen vaste werkplek dus maak geen gebruik van een monitor, projector of vaste computer. Om dezelfde rede beperk ik me tot het ingebouwde trackpad in plaats van gebruik te maken van een externe muis. Dit maakt dat mijn werk zich focust op de oppervlakte van de laptop zelf. Met mijn 190 centimeter lengte dwingt de doorsnee tafel me in een positie waar quasimodo jaloers op zou zijn. Licht overdreven, maar in ieder geval, wil ik op een comfortabele afstand van mijn scherm zitten, dan buig ik voorover of laat ik me onder tafel zakken. Het navigeren op het trackpad en het aanslaan van het toetsenbord gebeurt met kleine en abrupte maar precieze bewegingen. Deze bewegingen zijn naar onder gericht. Bound flow, naar onder gerichte bewegingen, naar mezelf gekeerde lichaamshouding door samengetrokken schouders en een naar voor of naar achter leunende houding. Geïnterpreteerd volgens de samenvatting van Morita et al. 2013 en Shafir et al. 2016: angst en verdriet. De bewegingen die ik maak tijdens het ontwerpen tonen overeenkomsten met de uiting van angst en verdriet, niet met woede, evenmin met blijdschap of extase.
Volgens Peper & Lin 2012 is het goed denkbaar dat de toename in depressies gedurende afgelopen 50 jaar verband houdt met deze nieuwe manier van lichaamsgebruik. Ook een aantoonbare relatie tussen sedentair (zittend) gedrag en een verhoogd risico op angststoornissen en negatieve denkpatronen belooft weinig positiefs. Teychenne et al., 2015; Wilson & Peper, 2004 We sluiten de grote beweging uit wat ons beperkt in het fysiek uiten van bepaalde emoties of zoals Impett & Moretti 2017 schrijven: “wider angle, greater violation, greater pathos”. Onderzoek Morita et al., 2013; Nam et al., 2018; Peper & Lin, 2012; Shafir et al., 2016 toont daarnaast aan dat de relatie tussen emotie en fysieke vertolking geldt in beide richtingen. Emoties worden fysiek geuit maar fysieke uitingen kunnen evenzeer de emoties sturen. Mogen we hierop vertrouwen dan kunnen we stellen dat het lichaamsgebruik achter de computer niet enkel eigenschappen van angst en verdriet vertoont maar evenzeer het gevoel van angst en verdriet oproept.
Moeten we onze computer aan de deur zetten? Zoals eerder gezegd bestaat er geen een-op-een relatie tussen beweging en emotie. Daarnaast is het mogelijk dat we door gewenning, ons deels aan deze houding en bewegingen hebben aangepast. Toch is het niet onverstandig bewust te zijn van de mogelijke consequenties.


5. b. Expressief ontwerp

– Enkele maanden geleden was ik met de trein onderweg van België naar Nederland. De trein zat aardig vol en de meeste stoelen waren bezet. Ik zat in een vierzit (twee tweezitten tegenover elkaar) met een moeder en haar twee dochters. Ik schatte de dochters vier en zes jaar oud. Beide meisjes waren bezig met een smartphone. Het meisje van vier was zodanig druk met een digitale kleurplaat, dat ze niet merkte dat ik – onbescheiden als ik ben – meekeek op haar scherm. Telkens ze tikte op een leeg vlak kreeg het de aangegeven kleur. Het resultaat was prachtig, alle vlakken hadden felle kleuren en waren mooi egaal ingekleurd. Geweldig, op die leeftijd had ik dit met mijn potloodjes nooit kunnen evenaren. Haar kleurplaat toonde geen drukverschillen, geen overgangen tussen kleuren… zelfs het voor die leeftijd typerende ‘buiten de lijntjes’-kleuren was ontbrekend. –
Ik schreef eerder dat het kijken naar en gebruiken van het lichaam kan helpen in het zoeken en vinden van nieuwe oplossingen. Verder bracht ik emotie in verband met haar fysieke uiting. Hier wil ik het hebben over het verrijken van werk door het overbrengen van die emotie. Een voorbeeld dat ik wil aanhalen ter illustratie is het werk van de Iers-Britse schilder Francis Bacon. ‘Study for a Portrait’ (Afb. 14) een schilderij uit 1952 heeft de expressieve intensiteit Overton, 2014 aan meerdere zaken te danken: de thematiek, het kleurgebruik, de emotie van het onderwerp en de strook. De strook definieer ik voorzichtig als het zichtbare restant van de werkwijze van de kunstenaar. Kijken we naar een werk van Lichtenstein, Vasarely of Mondriaan (Afb. 15), dan is de strook zo goed als onbestaand. De werken trachten een effect te creëren waarin de manier van werken en enige notie van achterliggende emotie wordt verborgen. De achterliggende emotie van de maker, op eventueel concentratie na, wordt verstopt achter een rationele, bijna wiskundig correcte uitwerking. In het werk van Bacon daarentegen is die strook duidelijk aanwezig. De directheid waarmee hij werkt, of immediacy zoals hij het verwoordt, Bacon as cited in [BairArchives], 2013 valt af te lezen uit lange ruwe borstelstreken. Borstelstreken die waarschijnlijk ontstonden uit grote, al even ruwe bewegingen. De aanwezige strook geeft het werk diepgang op visueel vlak. Zo is er geen vierkante millimeter die ergens anders in het werk herhaald wordt. Daarnaast geeft het, misschien nog voornamer, een emotionele diepgang, een expressieve lading. Het onderwerp schreeuwt en de strook schreeuwt mee. Of we nu kunnen stellen dat ook Bacon meeschreeuwde? Het lijkt me niet onlogisch, sterker nog, het lijkt me zelfs waarschijnlijk. Toch kan ik me hier niet over uitspreken, tenminste, nog niet.

Moholy, 1947 “The intuitive is the fluid world of all the senses whose movements throw up ever new forms and meanings.”
Binnen het digitale platform is het terugbrengen van die strook een moeilijke zaak. Al zijn er tablets die rekening houding met een verschil in druk, al zijn er algoritmen die rekening houden met de snelheid en directheid van een beweging, de digitale strook is tot nog toe slechts een beperkte simulatie. Dit enerzijds door de limitatie van de bestaande technologie. Anderzijds door het gebrek aan mogelijkheden tot lichamelijke interactie met onze tools. Willen we woede digitaal weergeven aan de hand van onze strook, dan moeten we ons inhouden om niet door het trackpad heen te duwen. Willen we blijdschap weergeven dan moeten we een oplossing zien te bedenken om de grote opwaartse beweging te transformeren naar een kleine neerwaartse beweging (Afb. 16 & 17). Het lichaam speelt een belangrijke rol in de vertaling van emotie en emotie is op zijn beurt een belangrijk onderdeel van authenticiteit, en, om terug te komen op Damasio 2012 een belangrijk onderdeel in het maken van rationele beslissingen.


5. C. Emotionele overdracht

Jaspers, 2018 “Mijn schilderijen vertellen mijn verhaal, maar ook dat van jou.”
Het uiten van emoties, geweldig voor een vrije kunstenaar als Bacon, Pollock, Fontana … en zo kan ook jij waarschijnlijk nog even doorgaan. Vrije kunstenaar… maar hoe zit het voor de toegepaste kunsten? Het werken in opdracht voor een klant? Kan een emotie, persoonlijk als ze is, een groot en divers publiek aanspreken? Kan ze gebruikt worden in huisstijlen en logo’s, zaken die niet de ontwerper maar de opdrachtgever moeten representeren? Houdt de inbreng van emotie wel steek buiten de muren van het museum?

Als mens hebben we een natuurlijke vaardigheid om andermans emoties te interpreteren Clarke et al., 2005. Die vaardigheid is belangrijk willen we personen inschatten en op een gepaste manier reageren. Neem het geval Phineas Gage uit hoofdstuk 2 Damasio, 1994. Na zijn ongeval werd Gage ervaren als brutaal, agressief en asociaal. Het opgelopen hersenletsel belemmerde hem in het voelen en interpreteren van emoties. Bij gevolg verloor hij zijn job, vrienden… Dit voorbeeld maakt het belang van deze sociale vaardigheid meteen duidelijk. Staat een persoon voor ons, dan kunnen we zijn of haar emoties interpreteren vanuit de relatie die we waarnemen tussen beweging, houding, taal, context… Als ontwerper is het integreren van al deze factoren niet altijd gewenst. Beginnen dansen naast ons ontwerp om het publiek van de achterliggende blijdschap te overtuigen zal de nodige aandacht trekken, maar evident is anders. Hoe ver kunnen we gaan in het weglaten van deze factoren zonder de achterliggende emotie te verliezen? Ik stelde bij het werk van Bacon de vraag of we de strook mochten aflezen als de emotie van de kunstenaar zelf. De strook is slechts een stille getuige van een beweging die er ooit is geweest. Het geeft ons geen context, taal of werkelijke beweging, laat staan een fysieke aanwezigheid van de maker. Daarnaast is de strook een abstract resultaat van een beweging die reeds een abstractie is van een achterliggende emotie. Een abstractie die geen een-op-een-relatie onderhoudt en dus geen objectieve basis kan bieden. Hoe kunnen we nu vertrouwen op de abstractie van een abstractie? Mogen we een ruwe strook interpreteren als een ruwe achterliggende emotie? Belangrijker nog, mogen we ervan uitgaan dat een ontwerp gecreëerd door een uit emotie resulterende lichaamsbeweging, correct geïnterpreteerd word door het publiek of de klant?

Holbach, 2001 Man’s life is a line that nature commands him to describe upon the surface of the earth, without his ever being able to swerve from it, even for an instant.
Carl Gustav Jung’s theorie McLeod, 2014 vormt een eerste stuk in deze ingewikkelde puzzel. Als mens worden we niet geboren als leeg canvas, zo stelt Jung. Ieder van ons komt op de wereld met een zelfde startpakket: een canvas met daarop een eerste aanzet van het schilderij dat ons leven is. Dit startpakket noemt Jung ons collectief onbewuste. Deze denkwijze haalt onafwendbaar het nature-nurture-debat naar boven. Worden we wie we zijn door onze opvoeding, cultuur en ervaringen of is ons individu van bij de geboorte reeds bepaald? Het feit alleen dat dit debat bestaat onder een eigen noemer, geeft een idee van de schaal en complexiteit ervan. Ik wil hier niet te diep op ingaan en zal een grote uitweiding de kop indrukken aan de hand van twee eerder aangehaalde stellingen. In hoofdstuk 3 vermelde ik dat ik voor dit werkstuk uitga van een onlosmakelijk verband tussen lichaam en geest. We worden als mens geboren in een lichaam met een overeenkomstige anatomische bouw. De handen en voeten, oren en ogen, frontale kwab en pijnappelklier zijn vanaf de geboorte (in normale omstandigheden) bij iedereen aanwezig en anatomisch gezien nagenoeg identiek. We zijn allen aan ons lichaam gebonden en kunnen niet buiten de fysieke limitaties ervan treden. Daarom kunnen we dit beschouwen als de overeenkomstige canvas. Daarnaast begon ik dit hoofdstuk met de aanname dat we allen beschikken over vier universele basisemoties. Universeel als in: altijd en bij iedereen aanwezig, los van cultuur, leeftijd, opvoeding… Deze emoties kunnen we zien als onderdeel van de aanzet op het schilderij van ons leven. We kunnen deze canvas inkleuren, vernielen en de aanzet oververven maar achter het uiteindelijke resultaat, schuilt bij iedereen een gelijkende aanzet een gelijkend canvas, het collectief onbewuste. Mogen we hierop vertrouwen dan kunnen we stellen dat het werken uit het lichaam en de emotie, een methode is die bouwt op een collectieve basis. Een basis getrouw aan onszelf die we dus ook delen met onze klant of ons publiek.

Kelly as cited in Acoustical Society of America, 2012 “In this way, gestures are not merely add-ons to language -- they may actually be a fundamental part of it.”
Waar Jung’s theorie een filosofische inbreng heeft, weet het onderzoek van Clarke et al. 2005 een psychologisch stuk in de puzzel te passen. In dit onderzoek werd aangetoond dat de mens in staat is om basisemoties af te lezen uit puntlicht-schermen. Op puntlicht-schermen worden tegen een zwarte achtergrond punten getoond die verbonden zijn aan overeenkomstige plaatsen op het lichaam van een proefpersoon (Afb. 18). Het resultaat is het menselijk lichaam en de beweging ervan, herleidt tot een abstracte voorstelling in lichtpunten. Eenmaal ‘verbonden’ met het scherm, werd aan de proefpersonen gevraagd om naast liefde en afschuw, de vier basisemoties te internaliseren en fysiek te uiten. De puntlicht-schermen waarop de fysieke vertolking wordt weergegeven, werden overhandigd aan een andere groep proefpersonen. De bewegende lichtpunten bleken voor hen voldoende om de achterliggende emotie accuraat af te leiden.
Geïnspireerd door deze resultaten was ik benieuwd of we die vaardigheid behouden indien de vertaling ervan niet gebeurd naar een bewegende voorstelling maar naar een statisch spoor. Met behulp van Google Tilt Brush (***), zette ik bewegingen (gemeten vanuit de controller in mijn hand) om in een digitaal en driedimensionale spoor (Afb. 19). De uitgevoerde bewegingen waren telkens een intuïtieve vertolking van een voordien geïnternaliseerde basisemotie. Na de uitvoering vroeg ik een groep van vijftien proefpersonen om het digitale spoor te beoordelen. Deze personen werden niet geïnformeerd over het voorafgaande proces. Het digitale spoor werd op mijn laptop weergegeven tegen een witte achtergrond zonder de gegeven context. De beoordeling bestond uit het selecteren van het gevoel dat volgens hen het best overeenstemde met het spoor: woede, blijdschap, verdriet of angst. Met een gemiddelde van 55% aan correct teruggekoppelde emoties, kunnen we stellen dat het resultaat een bestaande relatie lijkt te bevestigen. Blijdschap (62%) en woede (71%) bleken het eenvoudigst af te lezen.
Uit de visie van Jung, het onderzoek van van Clark et al. 2015 en het onderzoek van mezelf kunnen we voorzichtig het volgende concluderen. We blijken in staat om basisemoties af te leiden uit voorstellingen waar factoren als context, taal, of fysieke aanwezigheid ontbreken. Deze emoties kunnen we begrijpen uit de bijhorende fysieke vertolking, zelfs wanneer die abstract wordt weergegeven op een puntlicht-scherm of als statisch spoor. Zo zou het externaliseren van emotie, mits juist gestuurd, evenzeer nuttig kunnen zijn in de toegepaste kunst.


5. d. eigen perceptie

Grosse as cited in [The Museum of Modern Art], 2016 “I could allow my movements more range and by doing so, I got a far more unruly and less schematic painting in the end. Which I think is more intimate in a sense.”
Nog een reden waarom fysieke interactie interessant kan zijn, is de eigen perceptie en verbondenheid met ons werk. “Als je groot werkt, stel je je hart meer open en dat is belangrijk voor de relatie tussen hoofd, hart en handen” zo vertelde Daniëlle Jaspers, 2018 me. We beschikken allemaal over een lichaam met een gelijke maar toch unieke bouw. Willen we ons lichaam gebruiken dan moeten we het eerst leren vertrouwen. Dat vertrouwen vraagt zelfkennis en acceptatie van ons lichaam zoals het is, en bijgevolg, heel wat durf. Hoe groter de beweging, hoe meer vertrouwen en durf vereist is. Op de computer zijn deze grote bewegingen geen vereiste. Laat me dit illustreren aan de hand van een rechte lijn. Creëren we een rechte lijn, dan kunnen we in het geval van de computer, beroep doen op een eenvoudige toets/muis combinatie. *Click, shift, click*, spreek me tegen, maar hiervoor moet je geen held zijn. De rechte lijn van geitenboer Jan, computernerd Els of wereldkampioen karate Bert zullen allen evenzeer beantwoorden aan de opdracht. Willen we dit bereiken met het gebruik van ons lichaam, dan is dat minder evident. We moeten vertrouwen hebben in ons lichaam en durven handelen zonder twijfel. Twijfelen we, dan leidt dat tot een stuntelig resultaat. De lijn zal hobbelig zijn of krom lopen. Vertrouwen op ons lichaam is niet voor elke kunstenaar of ontwerper evident. Op de computer maken we kleine bewegingen. Acties die we ondernemen, vertrouwen voornamelijk op het denken en slechts in beperkte mate op het doen.

Fysieke interactie daarentegen dwingt ons tot openheid en acceptatie. Hoe groter de fysieke handeling, hoe meer zelfkennis en vertrouwen vereist is. Elke lijn, elke strook herbergt en visualiseert namelijk onze sterke en minder sterke punten. Deze kunnen fysiek zijn, zo zal een ballerina een betere controle hebben over haar lichaam als… mij bijvoorbeeld. Maar deze kunnen ook mentaal zijn. Een grote beweging zal, zoals besproken in het begin van dit hoofdstuk, goed samengaan met blijdschap of woede. Vanuit angst of droefheid zal dit een grotere inspanning vragen. Al zullen niet al deze punten opvallen voor een publiek, zelf weten we goed waar en wanneer het resultaat onze sterktes en zwaktes tentoonstelt. Fysiek ontwerpen is het open- en blootstellen van het lichaam en de emoties wat resulteert in een intiemere relatie met ons ontwerp.

Galatians 5:23 “one of the "fruits" of the Holy Spirit is self-control”
Authenticiteit is belangrijk willen we als ontwerper opgemerkt worden. Grafisch ontwerpers zijn er in overvloed en mag ik Wix.com geloven dan is zelfs mijn grootmoeder van 90 jaar volwaardige concurrentie. Tutorials, templates en artificiële intelligentie geven zelfs de grootste leek de tools om een relatief deftig grafisch niveau te halen. Met de integratie van subjectieve factoren kunnen we mogelijk het verschil maken. In het voorbije hoofdstuk ging ik in op het verband tussen de ontwerper zijn emoties en de creatie van het ontwerp. Ik stelde dat het lichaam een belangrijke rol speelt in de emotionele overdracht. In mijn argumentatie belichtte ik voornamelijk de positieve kant van het emotioneel ontladen of externaliseren. De focus op dit externaliseren vormt mogelijk de basis van volgend tegenargument. Waar blijft hier het respect voor de kardinale deugd van gematigdheid en zelfbeheersing? Is de controle over onze emoties en driften niet één van de voorwaarden voor een gesprek of discussie, voor politiek, etc. met andere woorden voor alles waarop onze maatschappij steunt? Dit is een uiterst valide punt waar ik een sluitend antwoord schuldig op moet blijven. Ik ben van de mening dat deze zelfbeheersing evenzeer steunt op een gecontroleerde ontlading. Ontspanning kan enkel komen uit het regelmatig ont-spannen. En waar kunnen we ons nu veiliger ontladen als binnen ontwerp of binnen de kunst?



6. Stapsgewijs


In de voorbije hoofdstukken heb ik gesteld dat fysieke interactie een interessante rol kan vervullen binnen grafisch ontwerp. Door de dominante rol van digitale tools en de hieraan gekoppelde discriminatie van een fysieke interactie, is het moeilijk om van deze voordelen te genieten. Een mogelijke oplossing voor het probleem zou zijn dat we een stap terug nemen. Een stap terug naar de mogelijkheden die bestonden voor de intrede van de computer als dominante tool. Toch wil ik hier niet op aansturen. De computer geeft ons mogelijkheden die analoog niet te kopiëren zijn. De opdracht naar de toekomst toe – wat mij betreft – zit in de zoektocht naar een combinatie waar de rijkdom van het lichaam geïntegreerd wordt binnen de digitale sfeer. Ik ben er van overtuigd dat er nog veel onderzoek gevoerd zal moeten worden maar wil je niet laten vertrekken met legen handen. In dit hoofdstuk zal ik enkele opties voorleggen die vandaag reeds bestaan en één of meerdere stappen zetten in deze richting.

Peterson as cited in [LibertyPen], 2018 “Its important if your trying to get your act together to stretch yourself out because its part of the psychophysiological loop that can start you on the upward curve”
Zoals ik reeds aanhaalde is de houding achter onze computer mogelijks een boosdoener. De houding is een fysieke vertolking van gevoelens als angst en droefheid. Aangezien houding bijdraagt aan de internalisering van emoties Morita et al., 2013; Nam et al., 2018; Peper & Lin, 2012; Shafir et al., 2016 is er bijgevolg een kans dat dit ons tot ongelukkige en onzekere ontwerpers maakt. Uitgaande van deze denkwijze en conclusie is een mogelijke oplossing *tromgeroffel* een actieve werkplaats. Onder de term actieve werkplaats bestaan verschillende mogelijkheden. Om te beginnen is er de ‘sta bureau’ (Afb. 20). Beschik je nog niet over een sta bureau, dan gok ik dat de ongemakkelijke benaming van dit ding daar voor wat tussen zit. Dit terzijde, aan deze bureau dient men rechtstaand te werken. In Stockholm Design Lab, een ontwerpstudio waar ik stage liep, was deze bureau de standaard. Zelf ben ik sindsdien overtuigd van de voordelen die dit kan bieden. Gesteund door andere positieve recensies en bevestigende resultaten van bestaand onderzoek, ga ik ervan uit dat de populariteit van deze bureaus verder zal groeien. De pose achter een sta bureau is minder gekoppeld aan de fysieke uiting van angst of verdriet. We stellen ons verder open en hebben de mogelijkheid meer te bewegen. Hierdoor valt de houding en eventueel het bewegingspatroon meer samen met dat van blijdschap of woede. Resultaten van het take-a-stand project Pronk et al. 2011 bevestigen deze aanname. Testpersonen die hun normale bureau inruilden voor een sta bureau, voelden zich na 2 weken gelukkiger (62%), energieker (87%) en rapporteerden een betere focus (71%). Ook rug- en nekklachten verminderden aanzienlijk (54%). Wel moet ik hieraan toevoegen dat het onderzoek gepromoot wordt door een bedrijf dat zelf sta bureaus verkoopt. Dan mag het onderzoek nog betrouwbaar ogen, dit is iets waar we rekening mee moeten houden in de interpretatie van de resultaten. Op wetenschappelijk vlak zijn er zowel voor- als tegenstanders. Daarom ook mijn raad om ongeacht het wetenschappelijk resultaat, het gewoon zelf eens te proberen. De loopband bureau en de fiets bureau, zijn nog beiden variaties hierop. Het mogelijk voordeel is dat de betere houding hier gecombineerd wordt met beweging. Deze beweging wordt echter niet in het ontwerp gestoken maar eerder toegevoegd los van het ontwerp. Ik kan me inbeelden dat dit evenals voordelen met zich meebrengt maar vond geen bronnen die dit aantoonden, hiervoor is verder onderzoek of opnieuw, een persoonlijke test vereist.

Een ergonomische kruk of zitbal als plaatsvervanger van de standaard bureaustoel zijn evenals een stap richting een wat mij betreft betere ontwerppraktijk. Een standaard bureaustoel geeft de mogelijkheid om een slechte houding aan te nemen en aan te houden. We kunnen hangen en liggen als een patattenzak (zak aardappelen voor de Nederlandse lezer). Een ergonomische kruk of zitbal daarentegen vraagt een inspanning van de gebruiker. We kunnen niet hangen en liggen maar zijn verplicht een houding aan te nemen met gerechte rug. Dit doet ons meer openstellen en net zoals bij de sta bureau, kan dit een positieve werking hebben op ons gemoed. Verder behoeden de ergonomische kruk of zitbal ons zo voor rug en nekklachten.

Enkele stappen verder vind ik een voorbeeld als Google’s Tilt Brush. Ontwerpen met minimale fysieke beperkingen binnen een virtuele en driedimensionale ruimte (Afb. 21). Aan de hand van controllers en een Vr-bril is de ontwerper in staat zijn lichaam in te zetten om het ontwerp te sturen. The Constitute concludeert 2012 dat deze vorm van ontwerpen volgende voordelen biedt.

I. De ontwerper bevindt zicht in dezelfde fysieke ruimte als het ontwerp.
II. Het ontwerp kan ervaren worden in relatie tot het lichaam.
II. De mogelijkheid om groot te werken en in schaal 1:1.
IV. Het ontwerp kan langs alle kanten te bekeken worden.
V. Het volledige lichaam wordt gebruikt binnen een interactief ontwerpproces.
VI. De ontwerper is in staat bestaande motorische vaardigheden te gebruiken.

Punt 2, 3, 5 en 6 heb ik in deze thesis eerder aangehaald en al dan niet uitgebreid besproken. Ik ben overtuigd dat in de toekomst deze manier van ontwerpen verder in populariteit zal winnen. Toch staan er nog enkele aspecten in de weg wil ik deze manier van ontwerpen beschouwen als het antwoord op mijn zoektocht. Het specifieke focuspunt is hier een van. De tool zoals ze vandaag bestaat, focust zich net zoals de computer, op het uiteinde van de arm. De rest van het lichaam is slechts onderdeel in zoverre als we het gebruiken om de beweging van de arm te beïnvloeden. Het hele lichaam werkt nog steeds rond die ene as waar de actie samenkomt in het spoor wat later het resultaat zal vormen. Al die onderdelen van ons lichaam die ons uniek maken, genieten zo nog steeds een ondergeschikte rol. Ze kunnen enkel ondersteunen, een goede pas geven. De hoofdrol of het doelpunt zijn niet voor hen weggelegd.

In een project dat ik in januari 2018 afrondde probeerde ik zelf dit gebrek aan diverse focus te weerleggen. Gekleed in een green screen suite, ging ik voor een green screen ontwerpen aan de hand van mijn lichaamsbeweging (Afb. 22). Voorwerpen in een kleur, verschillend van het groen, maakte ik vast op verschillende plaatsen van mijn lichaam. Een rode sok aan mijn been, een donut in mijn hand, een voetbal die werd voort getrapt… Het bewegen met deze voorwerpen werd door een camera op statief opgenomen. Op de gefilmde beelden verwijderde ik de zichtbare delen van de green screen suite en het green screen. Dit resulteerde in een video waar de voorwerpen zich bewogen over een transparante achtergrond. De verzameling aan individuele frames stapelde ik tot op zichzelf staande beelden (Afb. 23). Het resultaat was een abstracte compositie, vormgegeven door het interactie tussen mijn lichaam en de daaraan verbonden voorwerpen. Door de objecten te verbinden aan verschillende lichaamsdelen, weerlegde ik de beperkte focus. De gebruikte methode inspireerde ik op HUMAN BRUSH / MÉDUSES, een werk van Vincent Glowinsky (Afb. 23). Glowinksy ontwierp al bewegend op een podium terwijl een camera hem in bovenaanzicht registreerde. Het gefilmde beeld werd net zoals in mijn eigen voorbeeld, frame per frame opgestapeld. Hier gebeurde deze omzetting in real time waardoor het werk van een grotere directheid genoot. Daarnaast bleef Glowinksy gedurende de creatie, zichtbaar voor het publiek, wat het ontwerpen verhief tot een ontwerp-performance Glowinksi, 2013.
Nu, deze twee werken geven dan misschien een antwoord op de specifieke focus, de relatie en interactie met de digitale mogelijkheden is beperkt. De fotografische registratie en bewerking bouwt verder op de rijkdom van de fysieke interactie maar negeert de rijkdom in digitale mogelijkheden.

Wat we uit deze aangehaalde oplossingen kunnen besluiten, is dat er mogelijkheden bestaan om een fysieke relatie aan te gaan met onze digitale ontwerptools en vice versa. Deze opties kunnen onze ontwerppraktijk verrijken en zijn het waard om uitgeprobeerd te worden. Wel mogen we dit niet zien als het einde van het verhaal. Deze manieren hebben elk hun voor- en nadelen maar hebben in het licht van dit onderzoek nog allemaal beperkingen. Geen van de voorbeelden weet een combinatie in stand te houden tussen een fysieke interactie en de digitale tools zonder een deel van de bestaande rijkdom te negeren. In de zoektocht naar een harmonieus samengaan, zijn er dus nog veel stappen te ondernemen. Maar laten we positief eindigen, een wonderkasteel wordt niet op één dag gebouwd en een reis van duizend mijl begint bij de eerste stap vooruit.



7. Wonderkasteel


Digitale tools zijn niet weg te denken uit hedendaags grafisch ontwerp. Het schijnbare all-in-one pakket maakt de computer de nummer één keuze voor ieder beginnend grafisch ontwerper. Voordat we ons overgeven aan deze knappe wonderdoos is het voornaam om eens te kijken wat de prijs is die we in ruil betalen. Enkele honderden tot duizenden euro’s? Zoals mijn mama zegt: “Eenmaal je goed genoeg bent, betaalt dat zichzelf (hopelijk) wel terug.” Fysieke interactie en het gebruik van ons lichaam? Dat is een ander paar mouwen.

Om te beginnen kan het het lichaam een bron van inspiratie vormen. De anatomie en beweging van het lichaam kan bestudeerd en toegepast worden in een print, een grid, een grafische interface of een interactief ontwerp. Gaan we het lichaam daadwerkelijk gebruiken dan geeft dat weer nieuwe mogelijkheden. De anatomische complexiteit maakt ons lichaam tot een waardige tool waar we, in die exacte maten en verhoudingen, als enige over beschikken. Het is slechts een kwestie van methode om deze rijkdom om te zetten naar een ontwerp. Één ding is zeker, die methode zit niet verscholen in het trackpad of toetsenbord van onze computer.

Ons lichaam is zowat de natuurlijke Google Translate van onze emoties. Al bestaat er geen een-op-een relatie, onze non-verbale communicatie vertelt heel wat over ons innerlijk wezen. Deze thesis insinueert dat we daarbovenop in staat zijn om die emoties af te lezen uit slechts het spoor van de fysieke vertolking. Woede zouden we kunnen lezen in een uit woede getrokken lijn en blijdschap in een uit extase getekend vierkant. Een grafisch ontwerper zou op die manier een emotie kunnen communiceren, via zelfs de meest elementaire onderdelen van zijn ontwerp.

Dat klink allemaal geweldig mooi, en ik geef toe: misschien, soms, een klein beetje dan, te mooi. Het lichaam zal niet altijd een bron van inspiratie vormen en het gebruik ervan is niet altijd evident of gewenst. Ik ben blij dat ik me niet in moet smeren met blauwe verf en ben er ook ok mee dat een vrolijk ontwerp niet persé samengaat met een dansje of een sprong. Toch is mijn geloof in de mogelijkheden van fysieke interactie wat betreft grafisch ontwerp niet afgenomen. Sterker nog, het onderzoek heeft me enkel enthousiaster gemaakt om me hier verder in te verdiepen. Heb ik dit geloof en enthousiasme op jou kunnen overdragen? Geweldig! Zo nee? Ook helemaal ok. Met een hoofdstuk getiteld ‘Authenticiteit’ zou het tamelijk contradictorisch zijn, te zeggen dat dit de enige juiste manier is. Een actieve en fysieke vorm van ontwerpen zal niet voor iedereen weggelegd zijn en dat helemaal ok. Ongeacht je mening, één ding wil ik dat het je bijblijft: let eens op die houding verdorie!



Dankwoord


Voilà, dat was ie dan, mijn eerste thesis ,de eerste steen van mijn wonderkasteel. Het was een zware steen, dat geef ik toe. Hij heeft een hele tocht afgelegd, en neen, dat was niet de schuld van de architect. Maar hij ligt op zijn plaats en dat mede dankzij deze mensen:

Bedankt Merel voor je steun en hulp doorheen het hele proces. Ik heb enorm genoten van je positieve vibes, je rust, je ongelooflijke inzet… Ik weet niet hoe je het allemaal bolwerkt maar ik vond het een geweldige ervaring en veel daarvan heb ik aan jou te danken. Merci!

Bedankt Leonie om mijn thesis meermaals na te lezen. Bedankt voor de mentale steun en uiteraard bedankt voor het helpen invullen van de even noodzakelijke pauzes.

Bedankt Rhodé en Samantha voor de positieve maar correcte feedback na het proeflezen van mijn thesis.

Bedankt Patrick, Daniëlle en Celine voor het gesprek/interview, jullie input heeft me veel nieuwe inzichten gegeven op het onderwerp.

Bedankt Job om open te staan voor een interview, jammer genoeg is het er niet van gekomen maar dat halen we vroeg of laat wel eens in!

Bedankt mama papa en Marie voor jullie steun, interesse, gezelschap, lekker eten, …

Bedankt bomma, bompa, Bea en Karel voor jullie steun en interesse. Uitleggen waar mijn thesis nu precies over gaat hielp me uitstekend in het snappen waar ik nu eigelijk weer mee bezig was.

Bedankt Glenn, bedankt Gwen, bedankt Robin, bedankt Pieter, bedankt Nick… Bedankt iedereen in het leggen van die steen.



afbeeldingenlijst


Afb. 1 & 2
Vrijs, W. (2018). Fysieke interactie tijdens het werken met spuitverf. Own Image Archive
Afb. 3
Anonymous. (n.d.). H3LLOWRLD. Retrieved from https://www.google.com/search?q=apple+128k&hl=nl&tbm=isch& source=lnt&tbs=isz:lt,islt:2mp&sa=X&ved =0ahUKEwi7xpKs_93fAhXKzKQKHVmeCZUQpwUIHw&biw =1280&bih=614&dpr=2#imgrc=1WDEZcPRxVIWhM:
Afb. 4
Hockney, D. (2011). Yosemite I. iPad Drawing printed on four sheets of paper mounted on four sheets of Dibond 78x70 overall. Retrieved from http://www.davidhockney.co/index.php/works/digital/yosemite-suite
Afb. 5
Wavebreak Media Ltd. (n.d.). Zijaanzicht van drie kunstenaars werken op de computer op kantoor. Retrieved from https://elearningindustry.com/6-graphic-design-best-practices-elearning-professionals
Afb. 6
Anonymous. (s.n). Phineas Gage. Retrieved from https://www.verywellmind.com/phineas-gage-2795244
Afb. 7
Anonymous. (1960). Anthropométrie de l'Époque Bleue. Retrieved from http://uoyvesklein.tumblr.com/post/112117475147
Afb. 8
Klein, Y. (1960). Princess Helena. New York: The Museum of Modern Art Retrieved from https://www.moma.org/collection/works/80530
Afb 9
Lieberman, Z. (2018). Pendelum Line Extrude. Retrieved from https://www.instagram.com/zach.lieberman/
Afb 10
Lieberman, Z. (2018). Pendelum Form Stack. Retrieved from https://www.instagram.com/zach.lieberman/
Afb. 11
Anonymous. (n.d.). Da Vinci’s Vitruvius man in vergelijking met Grandjeans lettertype ‘Romain du Roi’. Retrieved from https://medium.com/s/about-face/eyes-to-c-arms-to-e-a034793cbf49
Afb. 12
Orrico, T. (2011) Penwald: 8: 12 by 12 on knees. Retrieved from https://tonyorrico.com/penwald-drawings/archive/
Afb. 13
Hiler, H. H. (1942). Hiler Color Sytem. Retrieved from https://en.wikipedia.org/wiki/Hilaire_Hiler
Afb. 14
Bacon, F. (1952). Study for a Portrait. Retrieved from https://www.tate.org.uk/art/artworks/bacon-study-for-a-portrait-t12616
Afb. 15
Mondriaan, P. (1935) Composition B (No.II) with Red. Londen: Tate Modern. Retrieved from https://www.tate.org.uk/art/artworks/mondrian-composition-b-no-ii-with-red-t07560
Afb. 16
Anonymous. (n.d.). Angry PC user. Retrieved from https://betanews.com/2016/02/02/microsoft-forcing-windows-10-onto-people-is-wrong/
Afb. 17
Guillem, A. (n.d.). A woman enjoys a personal triumph. Retrieved from https://www.cheatsheet.com/money-career/code-words-hear-job-interview-what-they-mean.html/12/
Afb. 18
Grosbras, M. H. (n.d.). Two corresponding frames of a 'Happy' clip presented in both Full-light and Point-light display. Retrieved from
https://www.researchgate.net/publication/230834694_ Developmental_Changes_in_Emotion_Recognition_from_Full-Light_and_Point-Light_Displays_of_Body_Movement/figures?lo=1
Afb. 19
Vrijs, W. (2018). Het spoor uit emotioneel geladen bewegingen. Own Image Archive
Afb. 20
Anonymous. (n.d.). Een standing desk of sta bureau als vervanging van de standaard bureau. Retrieved from http://www.gadgetreview.com/standing-desks-health-benefits-not-yet-proven
Afb. 21
Anonymous. (n.d.). Disney animator Glen Keane probeert Google Tilt Brush uit. Retrieved from https://www.roadtovr.com/watch-a-disney-animation-legend-learn-to-draw-in-vr/
Afb. 23
Vrijs, W. (2017). Ontwerpen met het hele lichaam voor een green screen. Own Image Archive
Afb. 23
Vrijs, W. (2017). Resultaat na het digitaal bewerken van de beelden. Own Image Archive
Afb. 24
Heckler, P. (2013). Human Brush - Vincent Glowinsky. Retrieved from http://www.vincentglowinski.com/fr/24/human-brush-mduses



Referenties


Acoustical Society of America. (2012). Gestures Fulfill a Role in Language. Retrieved from https://www.newswise.com/articles/gestures-fulfill-a-role-in-language
Auerbach, E. (2014). Porter J. I. (Eds.) Passio as Passion. Time, History, and Literature, Selected Essays of Erich Auerbach. (p. 165). Princeton: Princeton University Press.
[BairArchives]. (2013, February 7) Francis Bacon Rare Interview 1971 [Video File]. Retrieved from https://www.youtube.com/watch?v=aFDiemYxuvA
Bartenieff, I. & Lewis, D. (1980).. Body Movement: Coping with the Environment. New York: Gordon & Breach.
Blaise, P. (2002). Pensées. (pp. 46) Grand Rapids, MI: Christian Classics Ethereal Library.
Burton, M. D. (2016, January 3). What Is an Emotion? The answer is not entirely clear. Retrieved from https://www.psychologytoday.com/intl/blog/hide-and-seek/201601/what-is-emotion
Clarke, T. J., Bradshaw, M. F., Field, D. T., Hampson, S. E. & Rose, D. (2005). The perception of emotion from body movement in point-light displays of interpersonal dialogue. Perception, 34, 1171-1180. DOI:10.1068/p5203
Damasio, A. R. (2012). De vergissing van Descartes : gevoel, verstand en het menselijk brein. Amsterdam: Wereldbibliotheek.
Darwin, C. (1872). The Expression of Emotions in Man and Animals. London: John Murray
Demertzi, A., et al. (2009). Dualism Persists in the Science of Mind. Annals of the New York Academy of Sciences, 1157(1), 1-9. DOI:10.1111/j.1749-6632.2008.04117.x
Descartes, R. (2011). Discours de la méthode (1637) [E-reader Version]. Retrieved from https://philosophie.cegeptr.qc.ca/wp-content/documents/Discours-de-la-m%C3%A9thode.pdf
[Design Indaba]. (2018, June 5). Lucille Tenazas: To teach graphic design, is to learn to adapt with the field [Video File]. Retrieved from https://www.youtube.com/watch?v=Qf-4_CD4WFY
Dictionary.com. (2019). Ecstatic. Retrieved from https://www.dictionary.com/browse/ecstatic
Dixon, M. L., Thiruchselvam, R., Todd, R. & Christoff, K. (2017). Emotion and the prefrontal cortex: An integrative review. Psychological Bulletin, 143(10), 1033-1081. DOI: 10.1037/bul0000096
Flack, W. F., Jr., Laird, J. D., & Cavallaro, L. A. (1999). Separate and combined effects of facial expressions and bodily postures on emotional feelings. European Journal of Social Psychology, 29(2-3), 203-217. DOI: 10.1002/(SICI)1099-0992
Glowinski, V. (2013). HUMAN BRUSH / MÉDUSES. [performance].
Hockney, D. (2019). Works/Digital/iPad. Retrieved from http://www.davidhockney.co/works/digital/ipad
Holbach, P. H. T. (2001). The system of nature, or, The laws of the moral and physical world. (pp.97) Kitchener: Batoche Books.
Impett, L. & Moretti, F. (2017). Totentanz. Operationalizing Aby Warburg’s Pathosformeln. New Left Review, 107, 68-97. Retrieved from https://litlab.stanford.edu/LiteraryLabPamphlet16.pdf
Jack, R. E., Garrod, O. G. B. & Schyns, P. G. (2014). Dynamic Facial Expressions of Emotion Transmit an Evolving Hierarchy of Signals over Time. Current Biology, 24(2), 187–192. DOI: 10.1016/j.cub.2013.11.064
Jaspers, D. (2018, november 30). Skype interview.
Karmel, P. (Eds). (1967). Jackson Pollock: interviews, articles, and reviews. (p. 21) New York: Harry N. Abrams, Inc.
Lambert, P. (2009). Heeft het Cartesiaanse dualisme de geest gegeven? Tempo Medical, 318, 7-12. Retrieved from http://www.coma.ulg.ac.be/papers/ned/dualisme_NL.pdf
Levit, B. (Producer & Director). (2017). Graphic Means: A History of Graphic Design [Motion Picture]. United States: A History of Graphic Design.
[LibertyPen]. (2018, March 7). Jordan Peterson - Stand Up Straight [Video File]. Retrieved from https://www.youtube.com/watch?v=_YmMkq88zYw&feature=share&fbclid=IwAR1mQ-q2npLZzadCTw2gddrlDq_hXT00DcqvardjpuulqlnO5N1PP8gdnjY
Lockhorst, G.J. ( 2018, Winter). Descartes and the Pineal Gland. Retrieved from https://plato.stanford.edu/entries/pineal-gland/#BodySoul
Magic, L. (2009, January 22). Larry Magid's 1984 review of the original Macintosh. Retrieved from https://www.cnet.com/news/larry-magids-1984-review-of-the-original-macintosh/
McLeod, S. (2014). Carl Jung. Retrieved from https://www.simplypsychology.org/carl-jung.html
Moholy, L. (1947). Vision in Motion. Chicago: Paul Theobald.
Morita, J., Nagai, Y., & Moritsu, T. (2013). Relations between Body Motion and Emotion: Analysis based on Laban Movement Analysis. Proceedings of the Annual Meeting of the Cognitive Science Society, 35. Retrieved from https://escholarship.org/uc/item/8sk5s61w
Nam, T. J., Lee, J. H. & Park, S. Y. (2018). Physical Movement as Design Element to Enhance Emotional Value of a Product. Retrieved from https://www.researchgate.net/publication/ 238682959_PHYSICAL_MOVEMENT_AS_DESIGN_ELEMENT_TO_ENHANCE_EMOTIONAL_VALUE_OF_A_PRODUCT
Overton, T. (2014, January). Francis Bacon Study for a Portrait 1952. Retrieved from https://www.tate.org.uk/art/artworks/bacon-study-for-a-portrait-t12616
Peper, E. & Lin, I. M. (2012). Increase or Decrease Depression: How Body Postures Influence Your Energy Level. Biofeedback, 40(3), 123-130. DOI: 10.5298/1081-5937-40.3.01
Petersen, H. & Nielsen, J. (2002). The eye of the user: the influence of movement on users' visual attention, Digital Creativity, 13(2), 109-121, DOI: 10.1076/digc.13.2.109.3205
Plato, . (2010). [78b-84b]. Plato's Phaedo. DOI:2010-09-15.2713280635.
[poptech]. (2011, November 17). Tony Orrico: Choreography's shape on paper [Video File]. Retrieved from https://www.youtube.com/watch?v=B1xqiW3kjUA
Pronk, N. P., Katz, A. S., Lowry, M. & Payfer, J. R. (2011). Reducing Occupational Sitting Time and Improving Worker Health: The Take-a-Stand Project, 2011 Preventing Chronic Dissease, 2012(9). DOI: 10.5888.pcd9.110323
Rutten, L., Vanderheyden, V. & Verscheure, B. (2010). Simons, J. (Eds) Een nieuwe beweging : psychomotorische therapie bij kinderen en jongeren. (p. 30). Antwerpen: Garant.
Shafir, T., Tsachor, R. P., & Welch, K. B. (2016). Emotion Regulation through Movement: Unique Sets of Movement Characteristics are Associated with and Enhance Basic Emotions. Frontiers in psychology, 6, 2030. doi:10.3389/fpsyg.2015.02030
Stigter, B. (2017, March 31). Van haar lichaam maakte Yves Klein kunst. Retrieved from https://www.nrc.nl/nieuws/2017/03/31/ik-was-een-denkend-penseel-7793925-a1552734
Teychenne, M., Costigan, S. A. & Parker, K. (2015). The association between sedentary behaviour and risk of anxiety: a systematic review. BMC public health, 15(1), 513. DOI:10.1186/s12889-015-1843-x
The Constitute. (2012). Sketching in Space. Retrieved from http://theconstitute.org/sketching_in_space/
[The Museum of Modern Art]. (2016, August 31). Katharina Grosse: Rockaway! | ARTIST PROFILES [Video File]. Retrieved from https://www.youtube.com/watch?v=chhyDJnhIew)
Uekita, Y., Sakamoto, J. & Furukata, M. (2000). Composing motion grammar of kinetic typography. DOI:10.1109/VL.2000.874368
Vlieger, P. d. (2018, november 22). Personal interview.
Wiese, E., Israel, J. H., Zöllner, C., Pohlmeyer, A. & Stark, R. (2009). The Potential of Immersive 3D-Sketching Environments for Design Problem-Solving. 485-489.
Wilson, V. E., & Peper, E. (2004). The effects of upright and slumped postures on the generation of positive and negative thoughts. Applied Psychophysiology and Biofeedback, 29(3), 189–195. DOI: 1090-0586/04/0900-0189/0



Bibliografie


Acoustical Society of America. (2012). Gestures Fulfill a Role in Language. Retrieved from https://www.newswise.com/articles/gestures-fulfill-a-role-in-language
Auerbach, E. (2014). Porter J. I. (Eds.) Passio as Passion. Time, History, and Literature, Selected Essays of Erich Auerbach. (p. 165). Princeton: Princeton University Press.
[BairArchives]. (2013, February 7) Francis Bacon Rare Interview 1971 [Video File]. Retrieved from https://www.youtube.com/watch?v=aFDiemYxuvA
Bartenieff, I. & Lewis, D. (1980).. Body Movement: Coping with the Environment. New York: Gordon & Breach.
Blaise, P. (2002). Pensées. (pp. 46) Grand Rapids, MI: Christian Classics Ethereal Library.
Burton, M. D. (2016, January 3). What Is an Emotion? The answer is not entirely clear. Retrieved from https://www.psychologytoday.com/intl/blog/hide-and-seek/201601/what-is-emotion
Clarke, T. J., Bradshaw, M. F., Field, D. T., Hampson, S. E. & Rose, D. (2005). The perception of emotion from body movement in point-light displays of interpersonal dialogue. Perception, 34, 1171-1180. DOI:10.1068/p5203
Damasio, A. R. (2012). De vergissing van Descartes : gevoel, verstand en het menselijk brein. Amsterdam: Wereldbibliotheek.
Darwin, C. (1872). The Expression of Emotions in Man and Animals. London: John Murray
Demertzi, A., et al. (2009). Dualism Persists in the Science of Mind. Annals of the New York Academy of Sciences, 1157(1), 1-9. DOI:10.1111/j.1749-6632.2008.04117.x
Descartes, R. (2011). Discours de la méthode (1637) [E-reader Version]. Retrieved from https://philosophie.cegeptr.qc.ca/wp-content/documents/Discours-de-la-m%C3%A9thode.pdf
[Design Indaba]. (2018, June 5). Lucille Tenazas: To teach graphic design, is to learn to adapt with the field [Video File]. Retrieved from https://www.youtube.com/watch?v=Qf-4_CD4WFY
Dictionary.com. (2019). Ecstatic. Retrieved from https://www.dictionary.com/browse/ecstatic
Dixon, M. L., Thiruchselvam, R., Todd, R. & Christoff, K. (2017). Emotion and the prefrontal cortex: An integrative review. Psychological Bulletin, 143(10), 1033-1081. DOI: 10.1037/bul0000096
Flack, W. F., Jr., Laird, J. D., & Cavallaro, L. A. (1999). Separate and combined effects of facial expressions and bodily postures on emotional feelings. European Journal of Social Psychology, 29(2-3), 203-217. DOI: 10.1002/(SICI)1099-0992
Glowinski, V. (2013). HUMAN BRUSH / MÉDUSES. [performance].
Hockney, D. (2019). Works/Digital/iPad. Retrieved from http://www.davidhockney.co/works/digital/ipad
Holbach, P. H. T. (2001). The system of nature, or, The laws of the moral and physical world. (pp.97) Kitchener: Batoche Books.
Impett, L. & Moretti, F. (2017). Totentanz. Operationalizing Aby Warburg’s Pathosformeln. New Left Review, 107, 68-97. Retrieved from https://litlab.stanford.edu/LiteraryLabPamphlet16.pdf
Jack, R. E., Garrod, O. G. B. & Schyns, P. G. (2014). Dynamic Facial Expressions of Emotion Transmit an Evolving Hierarchy of Signals over Time. Current Biology, 24(2), 187–192. DOI: 10.1016/j.cub.2013.11.064
Jaspers, D. (2018, november 30). Skype interview.
Karmel, P. (Eds). (1967). Jackson Pollock: interviews, articles, and reviews. (p. 21) New York: Harry N. Abrams, Inc.
Lambert, P. (2009). Heeft het Cartesiaanse dualisme de geest gegeven? Tempo Medical, 318, 7-12. Retrieved from http://www.coma.ulg.ac.be/papers/ned/dualisme_NL.pdf
Levit, B. (Producer & Director). (2017). Graphic Means: A History of Graphic Design [Motion Picture]. United States: A History of Graphic Design.
[LibertyPen]. (2018, March 7). Jordan Peterson - Stand Up Straight [Video File]. Retrieved from https://www.youtube.com/watch?v=_YmMkq88zYw&feature=share&fbclid=IwAR1mQ-q2npLZzadCTw2gddrlDq_hXT00DcqvardjpuulqlnO5N1PP8gdnjY
Lockhorst, G.J. ( 2018, Winter). Descartes and the Pineal Gland. Retrieved from https://plato.stanford.edu/entries/pineal-gland/#BodySoul
Magic, L. (2009, January 22). Larry Magid's 1984 review of the original Macintosh. Retrieved from https://www.cnet.com/news/larry-magids-1984-review-of-the-original-macintosh/
McLeod, S. (2014). Carl Jung. Retrieved from https://www.simplypsychology.org/carl-jung.html
Moholy, L. (1947). Vision in Motion. Chicago: Paul Theobald.
Morita, J., Nagai, Y., & Moritsu, T. (2013). Relations between Body Motion and Emotion: Analysis based on Laban Movement Analysis. Proceedings of the Annual Meeting of the Cognitive Science Society, 35. Retrieved from https://escholarship.org/uc/item/8sk5s61w
Nam, T. J., Lee, J. H. & Park, S. Y. (2018). Physical Movement as Design Element to Enhance Emotional Value of a Product. Retrieved from https://www.researchgate.net/publication/ 238682959_PHYSICAL_MOVEMENT_AS_DESIGN_ELEMENT_TO_ENHANCE_EMOTIONAL_VALUE_OF_A_PRODUCT
Overton, T. (2014, January). Francis Bacon Study for a Portrait 1952. Retrieved from https://www.tate.org.uk/art/artworks/bacon-study-for-a-portrait-t12616
Peper, E. & Lin, I. M. (2012). Increase or Decrease Depression: How Body Postures Influence Your Energy Level. Biofeedback, 40(3), 123-130. DOI: 10.5298/1081-5937-40.3.01
Petersen, H. & Nielsen, J. (2002). The eye of the user: the influence of movement on users' visual attention, Digital Creativity, 13(2), 109-121, DOI: 10.1076/digc.13.2.109.3205
Plato, . (2010). [78b-84b]. Plato's Phaedo. DOI:2010-09-15.2713280635.
[poptech]. (2011, November 17). Tony Orrico: Choreography's shape on paper [Video File]. Retrieved from https://www.youtube.com/watch?v=B1xqiW3kjUA
Pronk, N. P., Katz, A. S., Lowry, M. & Payfer, J. R. (2011). Reducing Occupational Sitting Time and Improving Worker Health: The Take-a-Stand Project, 2011 Preventing Chronic Dissease, 2012(9). DOI: 10.5888.pcd9.110323
Rutten, L., Vanderheyden, V. & Verscheure, B. (2010). Simons, J. (Eds) Een nieuwe beweging : psychomotorische therapie bij kinderen en jongeren. (p. 30). Antwerpen: Garant.
Shafir, T., Tsachor, R. P., & Welch, K. B. (2016). Emotion Regulation through Movement: Unique Sets of Movement Characteristics are Associated with and Enhance Basic Emotions. Frontiers in psychology, 6, 2030. doi:10.3389/fpsyg.2015.02030
Stigter, B. (2017, March 31). Van haar lichaam maakte Yves Klein kunst. Retrieved from https://www.nrc.nl/nieuws/2017/03/31/ik-was-een-denkend-penseel-7793925-a1552734
Teychenne, M., Costigan, S. A. & Parker, K. (2015). The association between sedentary behaviour and risk of anxiety: a systematic review. BMC public health, 15(1), 513. DOI:10.1186/s12889-015-1843-x
The Constitute. (2012). Sketching in Space. Retrieved from http://theconstitute.org/sketching_in_space/
[The Museum of Modern Art]. (2016, August 31). Katharina Grosse: Rockaway! | ARTIST PROFILES [Video File]. Retrieved from https://www.youtube.com/watch?v=chhyDJnhIew)
Uekita, Y., Sakamoto, J. & Furukata, M. (2000). Composing motion grammar of kinetic typography. DOI:10.1109/VL.2000.874368
Vlieger, P. d. (2018, november 22). Personal interview.
Wiese, E., Israel, J. H., Zöllner, C., Pohlmeyer, A. & Stark, R. (2009). The Potential of Immersive 3D-Sketching Environments for Design Problem-Solving. 485-489.
Wilson, V. E., & Peper, E. (2004). The effects of upright and slumped postures on the generation of positive and negative thoughts. Applied Psychophysiology and Biofeedback, 29(3), 189–195. DOI: 1090-0586/04/0900-0189/0

Afb. 1 & 2
Vrijs (2018). Fysieke interactie tijdens het werken met spuitverf.

*
Herman van Veen schreef in 1979 het nummer ‘Opzij' waarin hij zingt "we moeten rennen, springen, vliegen, duiken, vallen, opstaan, en weer doorgaan"
Afb. 3
Anonymous (n.d.). H3LLOWRLD. De Apple Macintosh 128k.
Afb. 4
Hockney (2011). Yosemite I.
Afb. 5
Wavebreak Media Ltd. (n.d.). Zijaanzicht van drie kunstenaars werken op de computer op kantoor.

**
Wetenschapper Stephen William Hawking kon door zijn zenuwziekte (ALS) zijn lichaam niet meer bewegen. Hij bediende onder andere zijn spraakcomputer enkel door het richten en bewegen van zijn ogen.
Afb. 6
Anonymous (s.n). Phineas Gage.
Afb. 7
Anonymous (1960). Anthropométrie de l'Époque Bleue.
Afb. 8
Klein (1960). Princess Helena.
Afb. 9
Lieberman (2018). Pendelum Line Extrude.
Afb. 10
Lieberman (2018). Pendelum Form Stack.
Afb. 11
Anonymous (n.d.). Da Vinci’s Vitruvius man in vergelijking met Grandjeans lettertype ‘Romain du Roi’.
Afb. 12
Orrico (2011). Penwald: 8: 12 by 12 on knees.
Afb. 13
Hiler (1942). Hiler Color Sytem. In de kleurencirkel van Hiler worden kleuren gekoppeld aan emoties.
Afb. 14
Bacon (1952). Study for a Portrait.
Afb. 15
Mondriaan (1935). Composition B (No.II) with Red.
Afb. 16
Anonymous (n.d.). Angry PC user.
Afb. 17
Guillem (n.d.). A woman enjoys a personal triumph.
Afb. 18
Grosbras (n.d.). Two corresponding frames of a 'Happy' clip presented in both Full-light and Point-light display.
Afb. 19
Vrijs (2018). Het spoor uit emotioneel geladen bewegingen, gemaakt met Google Tilt Brush. Van boven naar onder: bang, boos, bedroefd, blij.

***
Google Tilt Brush is een Virtual Reality Software. Met behulp van een VR-bril en twee controllers is de gebruiker in staat om in een virtuele driedimensionale wereld te tekenen en schilderen. Beweging kan zo, door het inhouden van een knop, geregistreerd worden. Het resultaat kan later geëxporteerd worden als digitaal driedimensionaal model.
Afb. 20
Anonymous (n.d.). Een standing desk of sta bureau als vervanging van de standaard bureau.
Afb. 21
Anonymous (n.d.). Disney animator Glen Keane probeert Google Tilt Brush uit.
Afb. 22
Vrijs (2017). Ontwerpen met het hele lichaam voor een green screen.
Afb. 23
Vrijs (2017). Resultaat na het digitaal bewerken van de beelden.
Afb. 24
Heckler (2013). Human Brush - Vincent Glowinsky.