Door: Sanne Kloppenburg

I. Inleiding

Iedere dag kijken we om ons heen en nemen informatie tot ons. We worden omgeven door beelden, ze horen bij de wereld waarin we ons bewegen. Het is de manier waarop we de werkelijkheid gestalte geven: we kijken en vormen een beeld van wat we zien. Tegenwoordig hebben we een constante stroom aan beelden en informatie tot onze beschikking. Dit verkrijgen we via de media, mensen om ons heen of door persoonlijke ervaringen. We worden geconfronteerd met beelden en informatie, waar we op een door ons herkenbare manier een betekenis aan geven.


Men doet vaak weinig moeite om naar de werkelijkheid te kijken door de bril van een ander, gewoon omdat we denken dat die ander dezelfde bril draagt als wij. Toen we klein waren werd ons geleerd niet met vreemden te praten, wat betekent “blijf weg bij de mensen die je niet kent. Blijf bij de mensen die je wel kent. Mensen zoals jij”. Terwijl we juist leren van de mensen die niet zijn zoals wij. Daardoor is het als ontwerper ook spannend om verassende combinaties te maken van beelden en ideeën. Hoe kunnen beeldmakers de toeschouwer uitdagen om verder te kijken dan de eerste waarneming?


De bril die gebruiken om waar te nemen, wordt ook wel een referentiekader of frame. Dit een complex schema van overtuigingen, normen en waarden, dat we gebruiken om conclusies te trekken en een mening te vormen. Maar wat zijn frames en hoe gebruiken we ze om betekenis te geven aan de wereld om ons heen? We hebben bepaalde persoonlijke voorkeuren voor frames die we gebruiken om ergens naar te kijken. Hierdoor vallen we vaak in herhaling in de manier waarop we iets ervaren. Wanneer een deel van dit frame wordt veranderd, zal de gevormde mening ook veranderen. Dit heet reframing.


Grafische ontwerpers kunnen een sterke positie innemen als het gaat om het sturen of het ter discussie stellen van de waarneming en meningsvorming. Daarom is het gebruik van reframen een handige tool om dit te bewerkstelligen. Wanneer ik kijk naar het werk dat ik de laatste vijf jaar heb gemaakt op de academie, zie ik dat als mens en grafisch vormgever ik een sterke drang voel om verhalen een podium en een toekomst te geven en hierbij verschillende perspectieven te belichten. Het tonen van andere perspectieven kan ons helpen om te zien hoe anderen de wereld ervaren en helpt ons tot bepaalde inzichten te komen. Het is namelijk belangrijk dat we situaties op een nieuwe, innovatieve manier ervaren en we onze positie in relatie tot wat er om ons heen gebeurt op een vernieuwde manier bekijken.


Deze scriptie is een onderzoek naar hoe beeldmakers (met de focus op grafische ontwerpers) de toeschouwer uitdaagt om anders te kijken dan dat men gewend is. Waardoor ik op de onderzoeksvraag van mijn scriptie kom:

Hoe kunnen beeldmakers de toeschouwer uitdagen om anders te kijken d.m.v. de techniek reframing?


Om deze onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden bestaat deze scriptie uit twee delen. Het eerste deel van deze scriptie bestaat uit theoretische informatie, waarin de volgende vragen worden onderzocht: Wat is reframing? Hoe wordt reframing toegepast in de sociale psychiatrie en wat kunnen we hiervan leren en meenemen naar het gebruik in ontwerp? Hoe gebruiken we schema’s om de wereld te begrijpen en hoe kunnen we door elementen om te keren of te deconstrueren tot een andere, vernieuwende uitkomst komen?


In het tweede deel van de scriptie worden deze theorieën toegepast op beeld. Ik heb hiervoor werken van vijf ontwerpers gekozen die onverwachte combinaties maken tussen beelden en/of typografie. Hoe reageren de verschillende lagen op elkaar en hoe stelt de kunstenaar de waarneming en meningsvorming ter discussie? Hoe kan het gebruik van reframing gelaagdheid toevoegen aan het werk? En wanneer worden de combinaties spannend?

Theorie

II. Frames en Reframing

 

 

Wat zijn frames?

Frames zijn cognitieve snelkoppelingen die men gebruikt om betekenis te geven aan informatie. Het is een schema van overtuigingen, normen en waarden, dat we gebruiken om conclusies te trekken en een mening te vormen. Frames helpen ons om de wereld om ons heen te begrijpen. Ze helpen ons om complexe verschijnselen in te delen in samenhangende, begripvolle categorieën1. Wanneer we een verschijnsel labelen, geven we betekenis aan bepaalde aspecten van wat we observeren. Tegelijkertijd negeren we andere aspecten die irrelevant lijken te zijn. Dus, frames geven betekenis via selectieve vereenvoudiging, filteren mensen hun percepties en voorziet men van mogelijke oplossingen voor een probleem.

Het concept van frames is ontwikkeld als een hulpmiddel voor analytici in verschillende gebieden, waaronder psychologie, psychiatrie, sociologie, business management en conflictbeheersing. Er zijn door verschillende geleerden definities gegeven van frames. Waaronder Minskyspan 2, Tannen3 en Gray 4. „We creëren frames om betekenis te geven aan een situatie waarin we onszelf bevinden. Op deze manier identificeren en interpreteren we specifieke elementen die de sleutel lijken te zijn naar het begrijpen van een situatie en om deze interpretatie te communiceren naar anderen”.

Wanneer er een probleem ontstaat, worden frames als zeef gebruikt. Hierdoor kunnen we de informatie structureren en analyseren. We onderzoeken onze prioriteiten, betekenissen en oplossingen, waarna we onszelf kunnen positioneren en we eventueel actie kunnen ondernemen. Afhankelijk van de context, worden de frames gebruikt om te conceptualiseren en interpreteren, te manipuleren of te overtuigen.

Wat is reframing?

De manier waarop we naar situaties in ons leven kijken heeft invloed op hoe we ons voelen. We zien ze door een bepalend referentiekader. Het geven van een ander kader kan mensen helpen om hun moeilijkheden en de context waarin ze zich afspelen anders waar te nemen. Het geven van een ander kader heet ook wel ”reframing” of ”herkaderen”. Wanneer een deel van het originele kader wordt veranderd (herkaderd), zal de gevormde mening ook veranderen 5.

Bij het kaderen is het van belang dat er niet alleen ingeleefd wordt in anderen, maar dat er wordt afvraagd welk beeld hier het beste bij werkt, zeker als grafisch ontwerper. Er moeten grenzen opgesteld worden. Het frame bepaalt wat er getoond wordt en wat niet. Wanneer een fotograaf een foto maakt is hij/zij niet alleen bezig met wat er op de foto moet, maar ook hoé hij dat wil en wat hij beslist niet in beeld wil hebben. Het uitsluiten van informatie is namelijk net zo belangrijk als wat er wel wordt getoond.

Reframen of herkaderen wil dus zeggen dat men zich bewust is van het kader dat er normaal gekozen wordt en men een ander kader kiest als dat men daarvoor deed. Dit kader bepaalt namelijk de betekenis. Belangrijk is dat dit op deze manier gecommuniceerd wordt naar anderen zodat deze waarheid ook de waarheid van de ander wordt.

 

1 Kaufman, S. (2013, september). Frames, Framing and Reframing. Geraadpleegd van http://www.beyondintractability.org/essay/framing

2 Minsky, M. (1974). A Framework for Representing Knowledge [Paper]. Geraadpleegd van http://courses.media.mit.edu/2004spring/mas966/Minsky%201974%20Framework%20for%20knowledge.pdf

3 Tannen, D. (1993). What's in a Frame? Surface Evidence of Underlying Expectations. New York, Amerika: Oxford University Press. pp. 137-181.

4 Gray, B. (1997). Framing and Reframing of Intractable Environmental Disputes, in Lewicki, R, R. Bies, and B. Sheppard (Eds.), Research on Negotiation in Organizations, 6, p. 171.”

5 Changing Minds. (z.j.). Reframing. Geraadpleegd van http://changingminds.org/techniques/general/reframing.htm

III. SCHEMA’S OM DE WERELD TE BEGRIJPEN

 

 

Een schema is een mentale structuur die we gebruiken om ons leven te organiseren en grip te krijgen op onze kennis van de wereld om ons heen. We hebben schema’s over onszelf, andere mensen, objecten, voedsel en eigenlijk alles. Schema’s kunnen in verband staan met elkaar. Een leerling kan namelijk een vrouw zijn, maar ook een mens. Schema’s hebben invloed op wat ons opvalt, hoe we zaken interpreteren en hoe we tot bepaalde keuzes komen en hoe we ons gedragen. Het zijn filters, waarbij zaken worden uitgelicht of weggedrukt6. Ze helpen ons ook om zaken te voorspellen en om ze op te roepen uit onze herinnering. We classificeren iets wat we hebben geobserveerd, waarna het schema ons zal vertellen over de betekenis ervan, hoe het zich gedraagt en of er op gereageerd moet worden.

Bijvoorbeeld: Sommige mensen hebben geen positieve gedachtes over de politie. Ze gebruiken een schema waarbij ze de politie zien als diegenen die iedereen schuldig vindt totdat het tegendeel bewezen is. Andere mensen voelen zich juist veilig als er politie aanwezig is, zij gebruiken een schema waarbij ze de politie zien als heldhaftige beschermers.

Schema’s kunnen cultuurgebonden zijn, waardoor snelle communicatie mogelijk is. Elk woord is eigenlijk een schema, want wanneer het woord gelezen wordt, krijgt men het pakket waarnaar het refereert erbij. We zijn geneigd om een voorkeur te hebben voor bepaalde schema’s die we vaak gebruiken. Wanneer we de wereld interpreteren zullen we deze als eerste gebruiken, waarna we pas naar andere schema’s kijken wanneer dit eerste schema niet past bij de situatie.

Om te kunnen herkaderen moet er afstand genomen worden tot wat er gezegd of gedaan wordt en rekening gehouden worden met de ’lens’ waardoor deze realiteit gevormd wordt. De onuitgesproken veronderstellingen moeten begrepen worden, samen met de overtuigingen en het schema dat gebruikt wordt. Het overwegen van de alternatieve lenzen en het veranderen van de overtuigingen of andere aspecten van het kader zijn belangrijk. Er kunnen aspecten van woorden, acties en kaders worden geselecteerd en genegeerd. Om zo nadruk te leggen op verschillende elementen of deze juist te bagatelliseren.

Voorbeelden van herkaderen:
- Een probleem als een mogelijkheid zien
- Een zwakte als sterkte beschouwen
- Een onmogelijkheid als een nabije mogelijkheid opvatten

 

 

 

6 Changing Minds. (z.j.). Schema. Geraadpleegd van http://changingminds.org/explanations/theories/schema.htm

IV.REFRAMEN VAN DE PSYCHE

 

 

De denkwijze van mensen is iets wat mij altijd al gefascineerd heeft. Hoe ze reageren op gebeurtenissen in hun leven en waarom ze zo reageren. Doordat mijn ouders in de psychiatrie werken is mij vanaf jongs af aan al bijgebracht dat er vanuit verschillende perspectieven tegen een situatie aangekeken kan worden om zo tot een nieuwe oplossing of oordeel te komen. Wat is hiervan de invloed op mij als persoon en als grafisch ontwerper? Wat kunnen wij hiervan leren om mee te nemen naar het vak ontwerp?

In de sociale psychiatrie
De techniek van reframing werd het eerste geïntroduceerd in het gebied van familietherapie
in het boek Change7 (Watzlawick, 1974), welke een hoofdstuk hieraan wijdde genaamd “The gentle art of reframing ”. In die tijd was reframing gedefinieerd als ”een manier om de conceptuele en/of emotionele omstandigheid waarin een situatie wordt ervaren, veranderd wordt. En het te plaatsen in een ander kader, wat op een net zo goede of betere wijze bij de feiten past in dezelfde situatie, waardoor de gehele betekenis wordt veranderd.”

Reframing kan toegepast worden wanneer een therapeut probeert om een cliënt ertoe te brengen om over situaties verschillend na te denken, om een nieuw standpunt in te nemen of om andere factoren in overweging te nemen. Het concept van reframing wordt gebruikt door therapeuten die begrijpen dat het probleemgedrag aanhoudt wanneer het in de context wordt bekeken waarin het voorkomt. Door het in een ander daglicht te plaatsen wordt het perspectief van de cliënt veranderd.
Paul Watzlawick schrijft in zijn boek: ”Vanaf het moment dat men in een probleem vastraakt, moet men niet bezig zijn met de inhoud ervan, maar met de logica, of liever ’ onlogica ’ van het probleem. Ga uit de inhoud weg en bestudeer de manier waarop het probleem wordt geconstrueerd. Maak vervolgens een verschil met de manier waarop je het probleem tot probleem construeert.”

In de psychiatrie en sociale psychiatrie wordt veel gekeken naar samenhang van personen met omgevingsfactoren, psychologische en lichamelijke factoren. De persoon doet zich op een manier voor en blijkt onvoorziene en onbekende achtergronden te hebben. Hij/zij heeft het nodig dat de ander met hem/haar op zoek gaat naar die verbanden om door verandering in de verbanden van welke aard ook de balans in iemands leven te herstellen. Oordelen van anderen en jezelf worden gevormd vanuit bijvoorbeeld de eigen ervaringen, gevoelens en cultuur.

Een voorbeeld: een moeder loopt met 21 jarige dochter door de Kalverstraat, hoort diens commentaar op iemand die er voor haar als man uitziet en zich als vrouw kleedt. “Sneu dat je als vrouw door de wereld moet gaan en dan ook nog zo lelijk bent, waardoor je nooit als vrouw geaccepteerd wordt”. Ze moet er ook wel wat bij lachen. De moeder wil er eigenlijk wel op reageren gezien haar werkervaringen in de psychiatrie met meerdere transgenders, maar laat het in deze situatie op straat even liggen. De moeder weet dat er zoveel verschillende lagen zijn in de problematiek rondom transgenders. Dat deze vrouw waarschijnlijk al een moeilijk traject van verwerking en acceptatie doorlopen heeft en mogelijk zo gelukkig is. Maar aangezien de dochter zich niet kan inleven in dit frame, is dit voor haar niet denkbaar.

Iets anders doen dan normaal, patronen van zelfhulp
Paul Watzlawick benoemt in zijn boek Change een aantal patronen van zelfhulp om iets anders te doen dan wat men gewoonlijk doet. Als eerste noemt hij ’Het ongewenste bewust doen’. Bijvoorbeeld een persoon die een angstig gevoel krijgt als hij zich een bepaalde omgeving bevindt en als interventie besluit om bewust angstig gedrag te vertonen. Dit door in een hoek te kruipen, nagel te bijten of heel heftig met de handen door het haar te gaan. Men doet dit bewust om het gevoel onder controle te krijgen. Dit patroon is geschikt als men teveel vecht tegen het symptoom. Door er bewust voor te kiezen verhoogt dit namelijk de zelfsturing. Op deze manier laat de persoon zien wat er in diens hoofd omgaat. Watzlawick benoemt ook het patroon ’gebruik van het bizarre’. Hierbij word een nadeel in een voordeel getransformeerd. Hij geeft aan dat problemen pas ontstaan op het moment dat men het patroon niet de baas is.

Deconstrueren
Paul Watzlawick noemt ook de term deconstrueren8. Dit definieert hij niet als destructie maar het uit elkaar halen van alle elementen. Het is een samentrekking van destructie en constructie. Een patroon kan uit elkaar worden gehaald om zo te ontdekken welke materialen het bevat. Deze materialen blijven gelijk, maar er kan een ander eindresultaat mee worden gecreëerd. Hierbij wordt er geprobeerd om veronderstellingen, oordelen, betekenissen en visies te ontdekken. Die veronderstellingen en visies vallen vaak helemaal niet op omdat ze in een context worden gebracht waar ze goed gecamoufleerd zijn. Men is zich er niet bewust van omdat er vanuit wordt gegaan dat ze erbij horen. Ze staan “op hun plaats” en dit wordt niet in twijfel getrokken.

Wanneer er een element uit een context gehaald wordt en in een andere context geplaatst wordt, valt er vaak een element meer op. Alsof er een witte knoop van een wit hemd gehaald word en op een zwart hemd wordt genaaid. Een ander voorbeeld is wanneer de tekst “Ik wil je opeten” tussen man en vrouw wordt gehoord, of wanneer dit uit de mond van Hannibal Lector 9komt. Dit maakt een wereld van verschil.

Door het afbreken van bekende interpretatiekaders kunnen er nieuwe kaders opgebouwd worden. Dit is reframen en hierbij worden er cliche beelden vermeden. Deconstructie houdt op deze manier de cultuur in beweging: van constructie naar deconstructie, naar constructie, etc., om telkens weer een kader te kunnen bieden aan wat we zien van de constant veranderende wereld. Door ons bewust te zijn van deconstructie beseffen we dat het kader waarmee we samenhang zien niet gegeven is, maar door onszelf is geconstrueerd10.

Hoe deconstrueren ingezet kan worden door beeldmakers zal ik bespreken in het tweede gedeelte van deze scriptie, wanneer de theorie wordt toegepast op beeld.

 

 

 

7Watzlawick, P. (2011) Change: Principles of Problem Formation and Problem Resolution. New York: 2011

8 Vandamme, R. (2007). Gedragspatronen van personen en organisaties. Amsterdam, Nederland: Pearson Education Benelux. p. 144

9 Imdb. (z.j.). Dr. Hannibal Lecter (Character). Geraadpleegd van http://www.imdb.com/character/ch0001399/

10 Wagenaar, M. (2005, 28 maart). Deconstructie aan de basis van het postabsurdisme. Geraadpleegd van http://www.kunstenfilosofie.nl/files/Deconstructie_aan_de_basis_van_het_postabsurdisme.pdf

V. ONDER WELKE OMSTANDIGHEDEN
ERVAREN WE SITUATIES ALS WERKELIJKHEID?

 

Interpretatie
Wanneer we interpreteren reageren we in gedachten, gevoelens en handelingen op wat we zien en ervaren en proberen we onze reactie hierop te begrijpen. Wanneer we naar een kunstwerk kijken, denken en voelen we, bewegen we ons dichterbij en/of nemen afstand, gluren en fronzen, lachen of huilen we. Interpreteren is het maken van betekenisvolle connecties tussen wat we zien en ervaren in een kunstwerk en alle andere zaken die we al eerder hebben gezien en ervaren. Richard Rorty, een Amerikaanse filosoof, zegt dat ”het lezen van tekst een kwestie is van het lezen in het licht van andere teksten, mensen, stukken informatie en zien wat er gebeurt” (Rorty, 1992, p 105)11. Tekst kan hierin zowel schilderijen, affiches als poëzie betekenen. ”Het zien wat er gebeurt” betekent het onderzoeken van de connecties die we kunnen maken tussen een schilderij, een dans of een gedicht en onze relevante ervaringen met boeken die we hebben gelezen, afbeeldingen die we hebben gezien, muziek wat we hebben gehoord, emoties die we hebben gevoeld in situaties die we zelf hebben meegemaakt of gehoord hebben van anderen. Sommige van deze connecties zijn betekenisvol en zorgen voor een bredere kennis en inzicht over onszelf en de wereld; ander connecties zijn minder waardevol en deze laten we vervagen.

Wanneer we onze interpretatie aan een ander vertellen, hebben we de mogelijkheid om de reacties van de ander te verzamelen op wat we zien, denken en voelen. Deze reactie kan bevestigend zijn, dan zijn we gerustgesteld. Wanneer onze eerste interpretatie juist niet beaamd wordt, dan hebben we de mogelijkheid om deze interpretatie verder te onderzoeken of worden er andere geïnterpreteerde gedachtes opgeroepen door het horen van de andere interpretaties.

De Franse filosoof Georges Batailles verklaart dat in een literaire tekst een soevereine (opperste macht) auteur communiceert met een soevereine lezer12. Nu is de auteur, semiotisch gesproken, de zender van een boodschap. Batailles noemt hem ‘soeverein’, omdat deze zender, als schepper van de boodschap, absolute macht heeft om het verhaal, de personages, de context van het geheel, naar eigen mening te creëren. De lezer is de ontvanger van de boodschap. Ook hij is ‘soeverein’, want hij mag de tekst interpreteren zoals hij dat wil; hij kan de tekst de betekenis geven zoals de auteur dat heeft bedoeld en gewenst. Maar hij kan de tekst ook verkeerd begrijpen, of de boodschap totaal afwijzen13

Eric Goffman en zijn essay Frame Analysis
Goffman wordt algemeen beschouwd als de socioloog van de directe interactie, van het face-to-face-contact. Mensen moeten door interpretatie en onderhandeling proberen vast te stellen wat er aan de hand is binnen een situatie, met wie ze te doen hebben en wat hen te doen staat. Zijn essay ’Frame Analysis, an essay on the organization of experience’14 is heel kort gezegd een ambitieuze poging de definitie van de situatie als ervaringsgegeven te ontleden in zijn structurele en formele componenten. Het gaat er niet om te weten wat er gebeurt, maar om te weten hoe mensen erachter komen wat er gebeurt. Hij schrijft: ”Under what circumstances do we think things are real?”

Om te begrijpen hoe dit vraagstuk in Frame Analysis behandeld wordt, is het handig om van een voorbeeld uit te gaan. Stel, ik bel naar goede vriend en zijn vriendin neemt op. Ze vertelt mij dat hij druk bezig is. Ik zeg straks dan wel te zullen terugbellen. In het telefoongesprek definieer ik de situatie als een waarin mijn goede vriend inderdaad druk bezig is met voor mij als consequentie dat ik hem nu niet kan storen. Mijn definitie van de situatie is geen willekeurige keuze, maar is een poging om vast te stellen wat er werkelijk aan de hand is. Maar het kan ook zijn dat ik redenen heb om aan te nemen dat hij helemaal niet druk bezig is, maar mij liever niet wil spreken. Mijn definitie van de situatie wordt dan anders en mijn reactie zal ook anders zijn.

Frame Analysis nu is een poging om te laten zien wat de belangrijkste referentiekaders (frameworks) zijn die onze samenleving ter beschikking heeft om situaties te interpreteren en op welke manier deze referentiekaders ontkracht en door andere vervangen kunnen worden. Om bij ons voorbeeld te blijven: het referentiekader van een gewone alledaagse gebeurtenis (drukke vriend) kan veranderen in het referentiekader van de misleiding (doet alsof hij druk is). Dit referentiekader kan ook zelf weer vervangen worden door een ander (het kan blijken dat ik de hele scene gedroomd heb of verzonnen als voorbeeld in deze scriptie, dat ik me vergist heb en hij wel degelijk druk bezig is, enz.).

Dezelfde activiteit of gebeurtenis kan dus getransformeerd worden tot iets anders, tot iets wat er letterlijk hetzelfde uitziet, maar iets anders betekent. Volgens Goffman zijn er twee soorten transformaties: keyings en fabrications (Goffmann, 1986, p. 40-83). Wordt op het neersteken van iemand de key (hier zoiets als muzieksleutel) 'toneelspel' toegepast, dan zijn de consequenties voor alle betrokkenen heel anders dan wanneer het gaat om de key 'gevecht', tenzij het weer gaat om de toepassing van de key 'gevecht' binnen de key ’ toneel- spel'. Transformaties -keyings en rekeyings - zijn steeds mogelijk, iedere transformatie voegt een nieuwe betekenislaag toe. Toevoeging van een nieuwe betekenislaag betekent een herziening van het ' frame' van de gebeurtenis waar het om gaat. Aan keying gaat een proces van frame analysis vooraf.

Typische keys zijn een spel, een wedstrijd, een ritueel, een oefening, een herhaling. Tegenover de keys staan de fabrications, de meer boosaardige transformaties (leugens, grappen, misleidingen). Aan een fabrication ligt een intentie om te misleiden ten grondslag. Een fabrication is asymmetrisch, het is een constructie die bedoeld is om door niemand anders dan de ontwerper te worden doorzien. Keyings kenmerken zich door een meer symmetrische situatie: constructie en interpretatie zullen hier meestal wel samenvallen. Keying van een fabrication is ook mogelijk.

 

 

 

 

11 Rorty, R. (1992). The pragmatist’s progress. In Eco, U., Interpretation and overinterpretation. New York: Cambridge University Press, p. 89-108

12 Mitchell, A. J. (2009). The obsessions of Georges Bataille. Albany, United States of America: State University o New York Press. p. 6

13 A. Zoest, ”Communicatie”, http://aartvanzoest.nl/communicatie

14 Goffman, E. (1986). An Essay on the Organization of Experience. New York, United States of America: Northeastern University Press.

VI. DÉTOURNEMENT, HET OMKEREN VAN ELEMENTEN

Comic (titel onbekend) - door de Internationale Letteristen

Détournement, ook wel te omschrijven als omkering, is een techniek die ontwikkeld werd in de jaren 50 van de vorige eeuw door de kunstzinnig-politieke beweging Internationale Letteristen en later gebruikt door de Internationale Situationisten. De bekendste leider van de Internationale Situationisten was Guy Debord. Situationisten streefden ernaar om een toestand van voortdurende maatschappelijke revolutie te realiseren. Hun bedoeling was dat te doen door het creëren van voor massaconsumptie geschikte, ontregelende situaties, zogenaamde happenings. De naam situationisme komt voort uit het idee dat elke generatie zich in een situatie bevindt, die ontstaan is door de vorige generatie en waartegen zij zich moet verzetten zodat er een permanente opstand
komt tegen het gezag.

Het element van opstand tegen het gezag is in deze scriptie niet belangrijk, maar wel in de manier waarop dit gedaan wordt. In de visie van de Internationale Situationisten vormt namelijk de omkering, détournement, een artistiek middel met een sterke politieke impact, een voorbeeld van een (dialectisch) strijdmiddel. De omkering zorgt voor een hercontextualisering, het brengen van iets in een andere context (omgeving). Daardoor wordt er een doorbraak geforceerd om de situatie te begrijpen. Zo worden reclameslogans geherformuleerd, bijvoorbeeld die van de aanprijzingen voor dorstlessers: ‘Drink Coca Cola … dan ben je eerder dood’. Want waarom zou, om je dorst te lessen. water niet voldoende zijn?

Guy Debord verklaart dat elk element, waar het ook vandaan gehaald wordt, kan dienen voor het maken van nieuwe combinaties. Dus wanneer twee objecten samengebracht worden, ongeacht hoever hun originele contexten uit elkaar liggen, zal er altijd een relatie gevormd worden tussen deze objecten. Wanneer men zichzelf beperkt tot een persoonlijke samenvoeging van woorden, berust dat slechts op gewoonte, net wat men gewend is. Het elkaar beïnvloeden van twee gevoelswerelden of het bij elkaar brengen van twee onafhankelijke uitdrukkingen overstijgt de originele woorden of beelden. Daardoor wordt er gezorgd voor een samenhangend verband wat een grotere werking als gevolg heeft.

De Internationale Situationisten maken gebruik van de toe-eigening van beelden of idee en veranderen hun bedoelde betekenis op een manier dat het de dominante cultuur provoceert. Een voorbeeld hiervan zijn de striptekeningen van de Situationisten. Hierin worden de opvattingen van de figuren vervangen door revolutionaire ideeën en slogans.

Elementen binnen détournement kunnen in twee hoofdcategorieën onderverdeeld worden: minor détournement en deceptive détournement. Minor détournement is de omkering van een element welke geen gewichtigheid in zichzelf draagt, dus zijn betekenis uit de context haalt waarin het geplaatst wordt. Bijvoorbeeld een krantenknipsel of een neutrale uitdrukking.
Bedriegelijk Détournement, ook wel waarschuwend détournement, is daarentegen de omkering van een belangrijk element, welke een andere strekking ontleent aan de nieuwe context15

Hoe detournement verder ingezet kan worden door beeldmakers zal ik bespreken in het tweede gedeelte van deze scriptie, wanneer de theorie wordt toegepast op beeld.

 

 

 

15 Knabb, K. (2006). A User’s Guide to Détournement. Geraadpleegd van http://www.bopsecrets.org/SI/detourn.htm

VII. ANDERS ZIEN, NIETS STAAT OP ZICHZELF

 

John Peter Berger (Londen, 1926) is een Engels schilder, modernistisch schrijver, dichter, criticus, essayist en (sociologisch) ’denker’. In zijn boek Ways of Seeing16 verklaart hij dat niets op zichzelf staat (Berger, 1972, p. 7-11). Hierin legt hij uit dat de manier waarop wij zien, beïnvloed wordt door wat wij weten of geloven. Kijken is hetgeen waarnemen wat we belangrijk vinden, waarvan onze cultuur ons eigenlijk heeft aangepraat dat ze belangrijk zijn. Hij geeft een voorbeeld uit de middeleeuwen: toen de mensen nog geloofden dat de hel werkelijk bestond, moet het zien van vuur en as iets compleet anders hebben betekend dan tegenwoordig.

En omdat een afbeelding (foto, schilderij, sculptuur, ect) de herschepping of reproductie is van iets dat ooit door mensen werd gezien, belichaamt ze dus een manier van zien. Onze waarneming van en waardering voor die afbeelding hangt dan weer af van onze eigen manier van zien, onze opvattingen over schoonheid, waarheid, genialiteit, beschaving, vorm, status en smaak. We kijken nooit naar maar één element; we kijken altijd naar de relatie tussen de elementen en onszelf.

Ways of Seeing is niet alleen een boek, maar ook een vierdelige televisie serie van de BBC uit 1972. Aan het einde van de eerste episode17 van het programma vertelt Berger: ‘Maar denk er goed aan dat ik in dit programma bepaal wat ik wil laten zien en wat niet. Ik spreek, er is geen sprake van dialoog. Ik praat tegen jullie en jullie kunnen niets terug zeggen. Jullie ontvangen beelden die gearrangeerd zijn. Ik hoop dat je je daar bewust van bent. Maar blijf sceptisch.’

Berger betoogt dat de betekenis van een beeld afhankelijk is van de context waarin het wordt ge- presenteert. En dat wanneer we in staat zijn de context van de boodschap te vergeten, er een interessante constatering overblijft. Namelijk de constatering dat alle beelden gemaakt zijn met een doel. Geen onafhankelijk of algemene geldend doel, maar het doel van de maker. Ways of seeing betekent dan dat de beelden die ons omringen evenzovele manieren zijn waarop men in beeld een constructie of betekenis van de werkelijkheid zichtbaar maakt voor anderen. Dat betekent dat geen enkel beeld waardevrij is, maar altijd een bepáálde betekenis heeft.

 

 

 

16 Berger, J (1972), Ways of Seeing. Londen: Penguin Books.

17 Berger, J. (z.j.). Ways of Seeing , Episode 1 [Video]. Geraadpleegd van https://www.youtube.com/watch?v=0pDE4VX_9Kk

Beeld

VIII. ANDERE BETEKENIS VAN BEELDELEMENTEN



Uldus Bakhtiozina - Rustam


 



Uldus Bakhtiozina - Hulk


 



Uldus Bakhtiozina - Ironing Man

 

Uldus Bakhtiozina

In haar project Desperate Romantics bestudeerd Bakhtiozina schilderijen en geeft hier een nieuwe eigentijdse betekenis aan door zich te laten inspireren door de normen, waarden en de sociale problematiek waar ze zich in Rusland in bevond. Ze deconstrueert het originele schilderij, door eerst de elementen (gezichtsuitdrukkingen, houdingen, objecten, kleding etc.) uit elkaar om zo de veronderstellingen, oordelen, betekenissen en visies hiervan te ontdekken. Vervolgens zoekt ze naar alternatieve beelden en metaforen voor die elementen zodat deze naar een ander schema getransformeerd worden. Deze elementen refereren tegelijkertijd naar het originele schilderij. Elk element heeft een eigen betekenis. Het zijn fragmenten die door het samenbrengen zorgen voor het maken van nieuwe connecties en het krijgen van een andere betekenis.

Voor de foto Rustam heeft ze het schilderij Nina Lehmann, gemaakt door John Millais, als inspiratie genomen. De 12 jarige jongen die in de foto is afgebeeld, was een professionele danser, maar op school was het voor hem niet mogelijk om zich hierover uit te laten. Daarom draagt hij een masker zodat hij zich meer verbonden voelt met zijn medeklasgenoten en zo sociaal geaccepteerd wordt, zo legt Bakhtiozina uit in haar TED Talk18. Het schema ’12 jarige jongen’ is niet het eerste schema dat bij ons opgeroepen wordt. Het eerste schema is vaak een stereotyperend schema (het is geen jongen maar een meisje) hier maakt ze de toeschouwer bewust van.

In de foto Nikita laat ze een man zien, waarbij ze barbiepoppen gebruikt om te refereren aan een kraag. Deze poppen zullen we waarschijnlijk gelijk koppelen aan het schema ’vrouwelijkheid’. De kraag krijgt zo ook een romantische lading. Het tonen van kwetsbaarheid en romantiek is in Rusland not done voor een man. De man wil deze kanten juist verbergen. Hierbji maakt Bakhtiozina ook gebruik van Detournement. De kwetsbaarheid die de man in zich draagt wordt naar de buitenwereld omgekeerd. Want ’het omringd worden met vrouwen’ is het beeld dat een man juist wel wil uitstralen.

Soms zoekt ze naar gezichtseigenschappen die overeenkomen met het schilderij of ze speelt met woorden. Dit is te zien in de foto Ironing man waar ze speelt met de woorden Irony, Iron Man en Ironing man. In het stereotyperende schema rond man en vrouw in Rusland is de actiefiguur Iron Man jongensspeelgoed en strijken is een taak voor vrouwen.

Op deze manier sluit Bakhtiozina aan op het feit dat het belangrijk is om als beeldmaker verantwoordelijkheden te voelen voor het geven van een andere visie op een situatie via het werk, dus door gebruik te maken van reframing. Ze geeft een draai aan haar beelden welke we niet gewend zijn om in ons dagelijks leven te zien, maar de elementen behouden wel hun originele, symbolische betekenis. Door de schilderijen te herkaderen en alternatieve lenzen zichtbaar te maken stelt ze op die manier de stereotyperingen rond man en vrouw in Rusland ter discussie. Ze gebruikt ironie en onvoorspelbaarheid als een gereedschap om deze manier van reframing te bewerkstelligen.



18 Bakhtiozina, U. (2014). Wry Photo's that turn stereotypers upside down [Video]. Geraadpleegd van https://www.ted.com/talks/uldus_bakhtiozina_wry_photos_that_turn_stereotypes_upside_down

IX. HET GEBRUIK VAN COLLAGES



Raoul Hausmann - The Art Critic

 

Door afbeeldingen, teksten en structuren uit hun originele context te halen en ze vervolgens samen te brengen in een collage kunnen er nieuwe verbanden ontstaan. Het is een techniek waarmee snel een interessant eindresultaat bereikt kan worden. Er kan vervreemding mee gecreëerd worden en tot de verbeelding spreken. Zoals Guy Debord verklaart in hoofdstuk 6 over détournement: elk element, waar het ook vandaan gehaald wordt, kan dienen voor het maken van nieuwe combinaties. Dus wanneer twee afbeeldingen of teksten uit hun originele context worden gehaald en samengebracht worden, ongeacht hoever hun originele contexten uit elkaar liggen, zal er altijd een relatie gevormd worden tussen deze elementen.

Collages in het Dadaïsme

Het dadaïsme was een culturele beweging die tijdens de Eerste Wereldoorlog begon in Zürich in het neutrale Zwitserland. De kunstenaars van Dada hielden zich bezig met het combineren van beeldende kunst, poëzie, theater en grafisch ontwerp. Ze maakten gebruik van een irrationele denkwijze en ondermijnden de algemeen geaccepteerde standaarden. Deze beweging was duidelijk politiek betrokken. De dadaïsten hoopten met hun opstandige houding ook effecten teweeg te kunnen brengen op politiek niveau.

Kunstenaars in Dada maakten gebruik van voorwerpen die eigenlijk al bestonden en maakten er net iets anders van dan dat het origineel moest voorstellen. Het gebruik van toeval was een belangrijk creatief principe in de kunstuitingen van de dadaïsten.

Raoul Hausmann (Wenen, 1886) was een belangrijk kunstenaar, theoreticus en schrijver voor de groep dadaïsten in Berlijn19. Een bekend werk van Hausmann is The Art Critic. Net zoals de Internationale Situationisten maakt Hausmann gebruik van de toe-eigening van beelden of ideeën en verandert hun bedoelde betekenis op een manier dat het de dominante cultuur provoceert. Dit werk provoceert het idee van de traditionele kunstcriticus en de motivaties en kwalificaties die deze criticus heeft om te bepalen wat acceptabele kunst is. Hij hield niet van de vooroordelen van de critici jegens de traditionele stijlen in de kunst. The Art Critic belichaamt eerder een chaotische organisatie van foto’s en knipsels om deze gevoelens uit te drukken20.

Het centrale onderwerp in Hausmann’s werk is de kunstcriticus. In dit werk maakt hij gebruik van een vergroot, uitgeknipt mannenhoofd. Deze man moet George Grosz voorstellen, medelid van de Dada, in de rol van de kunstverslaggever21. De getekende ogen van de criticus kunnen niet goed zien, dit geldt dan ook voor de kunst die hij bekijkt. Het potlood komt uit een context wat niet te achterhalen valt, maar door de positie en combinatie met de kunstcriticus krijgt het potlood de betekenis van een strijdwapen. En doordat het potloot vergroot is laat Hausmann op die manier de macht van de criticus zien, hij mag schrijven wat hij wil. Het potlood wordt dus getransformeerd. En dit door de combinatie met de andere elementen in de collage. Het potlood ziet er hetzelfde uit, maar het betekent iets anders. Het fragment van een Duits bankbiljet dat geplaatst is achter de nek van de criticus, suggereert dat hij onder controle is van kapitalistische machten. Door de toevoeging van deze nieuwe betekenislaag wordt het ’frame’ van de gebeurtenis herzien. De letters in de achtergrond zijn net zoals de woorden van de criticus luid en onpeilbaar. De woorden komen uit een stuk van een krant over bedrijven en relateren binnen het frame van dit werk naar de goederenhandel.

Elk element heeft zijn eigen betekenis en door het samenvoegen van deze elementen resulteert het in herziening van het eerste frame. Dus, door het samenvoegen van beelden uit verschillende contexten creëert Hausmann een vertekening van de verschijning van de criticus. Hierdoor laat hij zien dat de meningen van de criticus ook vertekend en irrelevant zijn.



19 Blumberg, N. (z.j.). Raoul Hausmann. Geraadpleegd van http://www.britannica.com/biography/Raoul-Hausmann

20 Raoul Hausmann, the art critic. Geraadpleegd van https://utopiadystopiawwi.wordpress.com/dada/raoul-hausmann/the-art-critic/

21 E. Dietmar. (2004). Dadaism. Los Angleles: Taschen, p. 36

X. DE RELATIE TUSSEN BEELD EN TEKST


De verbanden die er gemaakt kunnen worden tussen tekst en beeld kunnen spannend worden gemaakt wanneer er rekening gehouden wordt met o.a. associatie en context waarin het beeld en de tekst gebruikt worden. Door te spelen met verbindingen tussen woord en beeld kunnen er combinaties worden gemaakt met uiteenlopende betekenissen. Wanneer worden deze combinaties spannend?



John Baldessari - Feelings (Double Play)





John Baldessari - Walking the dog (Double Play)





John Baldessari - There isn't time (Goya Series)





John Baldessari - Not so you could tell it (Goya Series)





John Baldessari - And (Goya Series)






Barbara Krunger - I never want to grow ugly





Barbara Krunger - I shop therefor I am






Gert Jan Kocken - Disaster Areas


John Baldessari

Een beeldontwerper die zich bezighoudt met de combinatie van tekst en beeld is John Baldessari (Californië, 1931). Baldessari is een Amerikaans kunstenaar en belangrijke vertegenwoordiger van de conceptuele kunst. Taal is ook bij deze kunstenaar altijd al een belangrijke factor geweest in het werk. Hij vindt dat taal en beeld gelijk in waarde zijn en in zijn werk heeft hij vaak beiden22. Hoe gebruikt hij deze twee componenten en hoe verhouden zij zicht tot elkaar?

Laat in 1960 schoof Baldessari het schilderen opzij en begon hij woorden te gebruiken als eenzelfde element zoals beeld. In een interview met Hans Ulrich Obrist zegt hij: ”Je kunt met woorden bouwen, net zogoed als dat dit met beeld kan”23. Hij koos tekst als een nieuw medium, maar koos er ook weer voor om deze woorden op een canvas te schilderen. Baldessari gebruikt tegenstellingen binnen de tekst en beeld en zorgt er op die manier voor dat er achterdocht en twijfel wordt gecreëerd. Schrijver Russel Ferguson betitelt Baldessari in zijn essay John Baldessari: Pure Beauty24 daarom ook als de ”onbetrouwbare verteller”.

Zijn project Double Play bestaat uit schilderijen welke hun grondstoffen halen uit kunsthistorische en populaire culturele bronnen. In deze serie wilt Baldessari de connectie tussen beeld en taal juist moeilijker maker inplaats van gemakkelijker. Dit is erg lastig want die connectie maken is juist wat men automatisch wilt doen, dit is niet tegen te houden. Hij gebruikt titels van muzieknummers om te onderzoeken welke tekst geen directe connectie heeft met het beeld. Deze nummers variëren van Tom Waits tot Shirley Temple.

De schilderijen zorgen ervoor dat de toeschouwer door het werk navigeert en connecties maakt tussen de niet-verwante delen. De visuele en tekstuele elementen zijn uit hun context geplaatst en de suggestie van een muzieknummer zorgt voor een soundtrack voor elk werk.
De titel, Double Play, refereert daarom ook naar de ’play’ knop.
Baldessari kijkt naar het visuele aspect van het beeld en niet naar het onderwerp ervan. In zijn werk ‘ feelings’ laat hij een afbeelding van een hond zien, maar bij het werk ’walking the dog’ verschijnt er juist geen afbeelding van een hond. Hierdoor schept hij een interessante verwarring en stelt de waarneming ter discussie. Het lijken misschien keuzes gebaseerd op toeval, maar ze zijn juist heel erg overwogen om enige connectie te vermijden. Het interessante hieraan is dat men toch een connectie zal maken, hoe raar deze ook is.

In een groot gedeelte van zijn werk zijn tekst en beeld wederzijds afhankelijk van elkaar. In Baldessari’s Goya Series uit de jaren negentig is de interactie tussen het viusele en het geschreven aspect goed te zien. Door het naast elkaar plaatsen van zwart-wit foto’s met als onderwerp alledaagse objecten, welke nu worden neergezet als stillevens, in combinatie met titels uit Francisco de Goya’s Disaster of War25, om daarmee heftigheid en geweld naar voren te brengen. Een aantal onderschriften van zijn foto’s zijn bijvoorbeeld: ”En” gecombineerd met een paper clip; “Er is geen tijd” met een bouquet bloemen in een vaas; en “Niet dat je het kunt zeggen” met twee ballen.

Het is moeilijk om zowel het beeld als de tekst tegelijkertijd waar te nemen. De tekst heeft een effect op het beeld en andersom, ze veranderen elkaars betekenis. Wanneer de tekst niet aansluit op de verwachting van de toeschouwer ontstaat er een spanning tussen de twee elementen. Hierdoor krijgt men ook een onverwachte uitkomst die verder gaat dan de eerste waarneming. Door het samenvoegen van tekst en beeld en hun representatie, wordt het publiek gedwongen om de rol in te nemen van vertaler.

Hier is de verklaring van Guy Debord over Detournement ook van toepassing. Wanneer twee objecten (in dit geval het beeld en de tekst) samengebracht worden, ongeacht hoever hun originele contexten uit elkaar liggen, zal er altijd een relatie gevormd worden tussen deze objecten. Het elkaar beïnvloeden van twee gevoelswerelden of het bij elkaar brengen van twee onafhankelijke uitdrukkingen overstijgt de originele woorden of beelden en daagt de toeschouwer uit om een verband te zoeken. Toevoeging van de tekst aan het beed en andersom, zorgt voor een transformatie in de betekenis en zorgt zo voor een herziening van het ’frame’ van de gebeurtenis waar het om gaat.

22 The relationship of text and image in John Baldessari’s work. (2011, 26 oktober). Geraadpleegd van https://travelandarts.wordpress.com/2011/10/26/the-relationship-of-text-and-image-in-john-baldessaris-work/

23 Obrist, H. U. (2010, 28 februari). Hans Ulrich Obrist & John Baldessari. The Conversation Series.

24 F, Russell. (2009). John Baldessari: Pure Beauty, eds. L. Jones and J. Morgan. Londen: Tate Modern, p. 87-94.

25 Sooke, A. (2014, 17 juli). Goya's Desasters of War: The truth about war laid bare. Geraadpleegd van http://www.bbc.com/culture/story/20140717-the-greatest-war-art-ever



Barbara Kruger

Zoals in het theoretische gedeelde van deze scriptie is beschreven gebruiken we schema’s om grip te krijgen op onze kennis van de wereld om ons heen. Barbara Kruger (1945, Verenigde Staten) is een Amerikaanse conceptuele kunstenaar met een verleden in Grafisch Ontwerp. Krunger wilt met haar werk ervoor zorgen dat we onze gebruikelijke schema’s over onszelf, de maatschappij, economie, politiek, seksualiteit en cultuur herzien. Hierbij is het gebruik van reframing erg belangrijk. Hoe gebruikt ze dit in haar werk?

Kruger haalt haar afbeeldingen uit hun originele context in tijdschriften en gebruikt ze als achtergrond voor haar werk. Ze eigent zich op die manier de clichés en technieken toe die in de massamedia worden gebruikt. De beeldtaal uit de massamedia heeft namelijk zeer krachtige communicatiemogelijkheden. Door beelden waar Krunger mee werkt waar te nemen, maken we een connectie met de beeldbank in ons brein en de betekenis die daar bij hoort. Deze beelden hebben we namelijk al opgeslagen in ons brein en hebben een herkenbare context voor ons. Hierna vormen we ons een mening over wat we zien. Op het eerste gezicht krijgt men een reclameboodschap te zien. De boodschap die de massamedia uitzenden zodat men wordt aangezet tot consumptie vervangt ze vervolgens door kritische, confronterende oneliners. Door het gebruik van elementen waarvan we de originele context direct kunnen aanroepen en dit te combineren met een tegenstrijdige tekst wordt de originele betekenis omgekeerd en ontstaat er een nieuwe laag.

In haar werk Untitled (I Shop Therefore I Am) maakt Krunger duidelijk gebruik van Detournement. Ze heeft hierin René Descartes’ filosofische visie van het cognitieve bestaan, ‘I think therefore I am’, opnieuw geformuleerd en het beeld gedeconstrueerd met een kritiek op het kapitalisme als gevolg26. Als eerst instantie zien we een hand die een kaart vasthoudt. Door de toevoeging van de tekst krijgt het beeld ineens een andere lading en wordt het dus gereframed. Het 9.2 vierkante meter beeld van een hand die een creditkaart vasthoudt kan vervolgens worden gezien als een uitvergroting van de macht die het in zich draagt. De kleine creditkaart die zo veel levens beheerst wordt hierin geopenbaard als tiran. Het gevolg hiervan is dat de verklaring 'I Shop Therefore I Am’ ook omgedraaid kan worden naar ’I don’t shop, therefore I am not’.

De manier waarop Kruger in haar collages beeld en tekst combineert zorgt voor een directe communicatie met de toeschouwer. De zinnen in haar werk bevatten namelijk vaak voornaamwoorden zoals: jij, jouw, ik, wij en zij. Het veranderen van deze persoonlijke voornaamwoorden kan de betekenis van het werk radicaal veranderen. Door het gebruik van deze woorden spreekt ze de toeschouwer direct toe en wijst hen op de schema’s over macht, identiteit en seksualiteit.



26 Foljambe, A. (z.j.). Ire and Desire: The Art of Barbara Kruger. Geraadpleegd van https://www.academia.edu/702407/Ire_and_Desire_The_Art_of_Barbara_Kruger

Gert Jan Kocken

We kunnen nog een stapje verder gaan waarbij de toevoeging van tekst aan beeld duidelijk een grote verandering teweegbrengt van de betekenis van het beeld. De Amsterdamse Fotograaf Gert Jan Kocken, (1971, Ravenstein) is een kunstenaar die, door op zoek te gaan naar het beeld achter het beeld, geschiedenis in indringende beelden weet vast te leggen. In zijn werk zet Kocken geschiedenis en geheugen in relatie tot het beeld.

In 1999 begon hij zijn serie Disaster Areas. Verschillende locaties waar zich ooit een grote ramp had voorgedaan werden door hem monumentaal en gedetailleerd gefotografeerd en op groot formaat afgedrukt. Wanneer we naar de foto van de zee kijken zien we dat deze kalm is, grijsblauw met kleine golfjes en dat de lucht egaal lichtblauw gekleurd is met een aantal witte vegen van de bewolking. Er is verder helemaal niets, geen boten, geen wolken, niets. Dit kunnen we ons meteen voorstellen, we gebruiken het schema van een rustige, esthetisch beeld van de zee. We hebben er verder geen verwachtingen van.

Tot het moment dat we de titel waarnemen: Zeebrugge (Belgium). De plek waar in 1987 vlak na vertrek, een boot kapseisde, waarbij 193 mensen omkwamen. 27Opeens transformeert het beeld totaal, niet alleen de gedachte aan het drama zelf, maar ook het besef van een groep mensen die voor eeuwig tot die gefotografeerde ruimte behoren. Juist door wat niet in beeld is gebracht wordt het echte drama voelbaar. Het frame bepaalt wat zichtbaar is en wat niet. Zoals Berger uitlegde in zijn boek Ways of Seeing, wordt de manier waarop wij de dingen zien, beïnvloed wordt door wat wij weten of geloven. Hij stelt ook dat alle beelden gemaakt zijn met een doel. Geen onafhankelijk of algemeen geldend doel, maar het doel van de maker. Het doel van Kocken is dat hij beeld wil produceren waarbij de toeschouwer zich blijft afvragen: hoe moet ik hier naar kijken? Kocken wil ook zichzelf diezelfde vraag kunnen blijven stellen28. Doordat hij in zijn werk geen antwoorden geeft, maar zijn vragen deelt met de toeschouwer, wordt zijn werk ook gelaagd. De twee lagen (in dit geval de afbeelding en de titel) reageren op elkaar, waardoor er een uitkomst gecreëerd wordt die de som van de twee elementen overstijgt. Er ontstaat iets nieuws.

Als eerste instantie wordt er de key (zoals beschreven in hoofdstuk 5 van deze scriptie) ’esthetisch zeezicht’ toegepast, waarna door het lezen van het onderschrift de key wordt getransformeerd naar de key ’rampplek’. Ook hier voegt de transformatie een nieuwe betekenislaag toe. Toevoeging van een nieuwe betekenislaag betekent dus een herziening van het ’frame’ en resulteert in een gelaagd werk.

Uitsluiten van informatie is hierbij net zo belangrijk als de informatie die er wel wordt getoond. Er wordt een onzichtbare betekenislaag gecreëerd wat zorgt voor gelaagdheid in het werk. De som overstijgt de twee losse elementen. Door niet direct te laten zien wat er op de zee heeft plaatsgevonden wordt er een verrassingseffect gecreëerd, wordt er ingespeeld op de verbazing en wordt de waarneming in twijfel getrokken. Het verhaal wordt veranderd. De twee losse fragmenten beeld en tekst reageren op elkaar en er komt een nieuwe uitkomst uit die bij de eerste perceptie niet zichtbaar was. Dit is de gelaagdheid die reframing kan creëren.

Door het herorganiseren van de content, wordt er een ander verhaal gecreëerd. Waarbij men zich gaat afvragen of het wel waar is wat er staat. Dit is het moment waar het spannend wordt. Doordat men zich dit gaat afvragen wordt de content in twijfel getrokken. Hierdoor wordt het probleem aan de kaak gesteld. Er word een reactie uitgelokt „dit kan toch niet waar zijn?” Terwijl het meestal wel een waarheid is die er aan zit te komen.

27 Barnas, M. De feiten en het beeld. Geraadpleegd van http://www.gertjankocken.nl/?ess=16

28 Gert Jan Kocken - Defacing. (2007, 16 augustus). Geraadpleegd van http://www.stedelijk.nl/tentoonstellingen/gert-jan-kocken-defacing

XI. Conclusie

We worden dagelijks geconfronteerd met beelden en informatie waar we op een door ons herkenbare manier een betekenis aan geven. Men doet vaak weinig moeite om naar de werkelijkheid te kijken door een andere bril. Beeldmakers en grafische ontwerpers in het bijzonder, kunnen een sterke positie innemen als het gaat om het sturen of het ter discussie stellen van de waarneming en meningsvorming, om zo mensen anders te laten denken dan ze gewend zijn. Dit resulteerde in mijn onderzoeksvraag: hoe kunnen beeldmakers de toeschouwer uitdagen om anders te kijken d.m.v. de techniek reframing?

In de loop van mijn onderzoek kwam ik er achter dat deze manier van aanzetten tot anders kijken reframing heet en dat dit afkomstig is uit de sociale psychiatrie. Vandaar dat dit gegeven resulteerde in mijn subvraag: Hoe wordt reframing toegepast in de sociale psychiatrie en wat kunnen we hier als beeldmakers van leren en vervolgens toepassen in het ontwerp?

In de sociale psychiatrie wordt reframing toegepast wanneer een therapeut probeert om een cliënt ertoe te brengen om over situaties verschillend na te denken, om een nieuw standpunt in te nemen of om andere factoren in overweging te nemen. Hierdoor geven ze een nieuw inzicht in de mogelijkheden. Grafische ontwerpers kunnen een sterke positie innemen als het gaat om het sturen of het ter discussie stellen van de waarneming en meningsvorming. Hierdoor kan er veel bereikt worden met de uitwisseling van het gebruik van reframing tussen kunst en filosofie/ psychiatrie.

Door te beginnen met het analyseren van de definitie en gebruik van frames in de sociale psychiatrie ben ik tot een aantal manieren van reframing gekomen. Hier vallen de termen Deconstructie, Detournement, Keyings en Fabrications en Transformatie onder.

Zoals John Peter Berger uitlegt in zijn boek Ways of Seeing wordt de manier waarop wij zien, beïnvloed door wat wij weten of geloven. Kijken is hetgeen waarnemen wat we belangrijk vinden. Een afbeelding (foto, schilderij, sculptuur, ect) is de herschepping of reproductie van iets dat ooit door mensen werd gezien, en belichaamt ze dus een manier van zien. Onze waarneming van en waardering voor die afbeelding hangt dan weer af van onze eigen manier van zien, onze opvattingen over schoonheid, waarheid, genialiteit, beschaving, vorm, status en smaak. We kijken nooit naar maar één element; we kijken altijd naar de relatie tussen de elementen en onszelf.

Uldus Bakhtiozina haalt elementen uit elkaar om zo de veronderstellingen, oordelen, betekenissen en visies hiervan te ontdekken. Het zijn fragmenten die door het samenbrengen zorgen voor het maken van nieuwe connecties en het krijgen van een andere betekenis. Zij maakt vooral gebruik van Deconstructie. Raoul Hausmann doet dit ook, hij haalt elementen uit hun originele context en zorgt door het samenbrengen van deze verschillende elementen voor nieuwe connecties en dus nieuwe betekenissen. De betekenissen van de elementen worden getransformeerd.

Zowel Baldessari, Kocken en Kruger maken gebruik van transformatie van keyings wanneer ze tekst en beeld samenvoegen. Baldessari zijn intentie is om de connectie tussen beeld en taal moeilijker te maken in plaats van gemakkelijker. Hierbij is het aan de toeschouwer om zelf een betekenis aan het werk te koppelen. Het interessante aan combinatie tussen beeld en tekst in het werk van Kruger en Kocken, is dat het resulteert in een nieuwe betekenislaag. Een uitkomst die men niet verwacht. Dit is waar het spannend wordt. Kruger speelt hier vooral in op stereotyperingen met betrekking tot seksualiteit en Kocken op onze interpretatie van het zeezicht. Daarom werkt deze manier van reframing goed voor hun. Door het transformeren van de keyings in hun werk voegt dit een nieuwe betekenislaag toe. Door niet gelijk de gehele betekenis weg te geven blijft er ruimte voor interpretatie. Wanneer deze eerste interpretatie plaatsvind, en er vervolgens door de toevoeging van tekst een nieuwe betekenislaag wordt gecreëerd resulteert dit in een gelaagd werk en worden de combinaties spannend.

Hieruit kunnen we concluderen dat er geen ultieme manier van reframing die voor elk soort werk van toepassing is, aangezien de beeldmaker het doel van zijn werk in overweging moet nemen. Hij moet zoeken naar de geschikte hoek om een onverwachte twist in de betekenis van het werk te geven. Hierbij moeten de verschillende manieren van reframing in overweging worden genomen, om zo het doel van het werk tot zijn recht te laten komen en een effectief resultaat te bereiken. That is the moment when it itches, that is when the magic happens.

Abstract

Reframing

Door: Sanne Kloppenburg

24 maart 2016, Den Haag

Hoe kunnen beeldmakers de toeschouwer uitdagen om anders te kijken d.m.v. de techniek reframing?

We worden dagelijks geconfronteerd met beelden en informatie waar we op een door ons herkenbare manier een betekenis aan geven. Het is de manier waarop we de werkelijkheid gestalte geven: we kijken en vormen een beeld van wat we zien. Men doet vaak weinig moeite om naar de werkelijkheid te kijken door de bril van een ander, gewoon omdat we denken dat die ander dezelfde bril draagt. Terwijl we juist leren van de mensen die een andere bril gebruiken, het helpt ons tot nieuwe ontdekkingen te komen. Daardoor is het als ontwerper ook spannend om verassende combinaties van beelden en ideeën te maken. Grafische ontwerpers kunnen een namelijk een sterke positie innemen als het gaat om het sturen of het ter discussie stellen van de waarneming en meningsvorming, om zo mensen anders te laten denken dan ze gewend zijn.

De bril die gebruiken om waar te nemen, wordt ook wel een referentiekader of frame genoemd. Dit een complex schema van overtuigingen, normen en waarden, dat we gebruiken om conclusies te trekken en een mening te vormen. We hebben bepaalde persoonlijke voorkeuren voor frames die we gebruiken om ergens naar te kijken. Hierdoor vallen we vaak in herhaling in de manier waarop we iets ervaren. Wanneer een deel van dit frame wordt veranderd, zal de gevormde mening ook veranderen. Dit heet reframing.

In de sociale psychiatrie wordt reframing toegepast wanneer een therapeut probeert om een cliënt ertoe te brengen om over situaties verschillend na te denken, om een nieuw standpunt in te nemen of om andere factoren in overweging te nemen. Hierdoor geven ze een nieuw inzicht in de mogelijkheden. Dit gegeven is ook van toepassing op beeldmakers, daarom is het gebruik van reframen hier ook een zeer handige tool. Er kan veel bereikt worden met de uitwisseling van het gebruik van reframing tussen kunst en filosofie/ psychiatrie.

Het analyseren van de definitie en gebruik van frames in de sociale psychiatrie heeft geresulteerd in het onderzoeken van de volgende termen binnen reframing: Deconstructie, Keyings en Fabrications, Transformatie en Detournement.

Deconstructie wordt niet gedefineerd als destructie maar als het uit elkaar halen van alle elementen. Het is een samentrekking van destructie en constructie. Een patroon kan uit elkaar worden gehaald om zo te ontdekken welke materialen het bevat. Deze materialen blijven gelijk, maar er kan een ander eindresultaat mee worden gecreëerd. Wanneer er een element uit een context gehaald wordt en in een andere context geplaatst wordt, valt er vaak een element meer op. Hierbij wordt er geprobeerd om veronderstellingen, oordelen, betekenissen en visies te ontdekken. Deze manier van reframen in de psychiatrie kan door beeldmakers toegepast worden bij het maken van collages. Door afbeeldingen, teksten en structuren uit hun originele context te halen en ze vervolgens samen te brengen in een collage kunnen er nieuwe verbanden tussen deze elementen ontstaan.

Een activiteit of gebeurtenis kan getransformeerd worden tot iets anders, tot iets wat er letterlijk hetzelfde uitziet, maar iets anders betekent. Volgens de socioloog Goffman zijn er twee soorten transformaties: keyings en fabrications (Goffmann, 1986, p. 40-83). Er kan bijvoorbeeld bij het waarnemen van een foto van een zeezicht de key 'esthetisch zeezicht' toegepast worden, waarna door het lezen van het onderschrift de originele key wordt getransformeerd naar de key ’rampplek’. Transformaties -keyings en rekeyings - zijn steeds mogelijk, iedere transformatie voegt een nieuwe betekenislaag toe. Toevoeging van een nieuwe betekenislaag betekent een herziening van het 'frame' van de gebeurtenis waar het om gaat.

Détournement, ook wel te omschrijven als omkering, is een techniek die ontwikkeld werd in de jaren 50 van de vorige eeuw door de kunstzinnig-politieke beweging Internationale Letteristen en later gebruikt door de Internationale Situationisten. In de visie van de Internationale Situationisten vormt de omkering, détournement, een artistiek middel met een sterke politieke impact, een voorbeeld van een (dialectisch) strijdmiddel. De omkering zorgt voor een hercontextualisering, het brengen van iets in een andere context (omgeving). Guy Debord verklaart dat elk element, waar het ook vandaan gehaald wordt, kan dienen voor het maken van nieuwe combinaties. Dus wanneer twee objecten samengebracht worden, ongeacht hoever hun originele contexten uit elkaar liggen, zal er altijd een relatie gevormd worden tussen deze objecten.

Zoals John Peter Berger uitlegt in zijn boek Ways of Seeing wordt de manier waarop wij zien, beïnvloed door wat wij weten of geloven. Kijken is hetgeen waarnemen wat we belangrijk vinden. Een afbeelding (foto, schilderij, sculptuur, ect) is de herschepping of reproductie van iets dat ooit door mensen werd gezien, en belichaamt ze dus een manier van zien. Onze waarneming van en waardering voor die afbeelding hangt dan weer af van onze eigen manier van zien, onze opvattingen over schoonheid, waarheid, genialiteit, beschaving, vorm, status en smaak. We kijken nooit naar maar één element; we kijken altijd naar de relatie tussen de elementen en onszelf.

Wanneer er niet gelijk de gehele betekenis weg wordt gegeven blijft er ruimte over voor interpretatie. Wanneer deze eerste interpretatie plaatsvind en er vervolgens door de toevoeging van tekst een nieuwe betekenislaag wordt gecreëerd, resulteert dit in een gelaagd werk en worden de combinaties spannend. We kunnen concluderen dat er geen ultieme manier van reframing die voor elk soort werk van toepassing is, aangezien de beeldmaker het doel van zijn werk in overweging moet nemen. Hij moet zoeken naar de geschikte hoek om een onverwachte twist in de betekenis van het werk te geven. Hierbij moeten wel de verschillende manieren van reframing in overweging worden genomen, om zo het doel van het werk tot zijn recht te laten komen en een effectief resultaat te bereiken. That is the moment when it itches, that is when the magic happens.